Late dioxinemelding ontlokt wrevel in Nederland

De Nederlandse Vereniging Diervoederindustrie (Nevedi) is ontstemd dat de Duitse overheid Nederland pas op 7 februari op de hoogte heeft gesteld van de dioxinebesmetting bij een Duits bedrijf dat producten aan Nederlandse veevoerderbedrijven levert. Duitsland was al op 15 januari op de hoogte van de dioxinebesmetting.

De Nederlandse land- en tuinbouworganisatie LTO vindt het "intrigerend" dat het zo lang geduurd heeft voor Duitsland het Nederlands ministerie van Landbouw op de dioxineverdenking heeft gewezen. De organisatie hoopt dat dit incident de aanleiding vormt voor een betere communicatie "om dit soort ellende in de toekomst te voorkomen".

Ondertussen wachten de boeren af welke veebedrijven mogelijk besmet voer hebben gekregen van vier voederbedrijven uit Gelderland en Overijssel. De Nederlandse Landbouwminister sprak dinsdagmiddag van "tientallen agrarische bedrijven" die veevoer hebben gekocht bij de vier verdachte bedrijven in het oosten en centrum van het land. Een woordvoerder van LTO denkt dat de teller hoger uitkomt. "Misschien zijn het wel honderd bedrijven".

Wie aansprakelijk is voor de schade die de veebedrijven oplopen, omdat hun vlees nu niet in de winkelen komt is volgens LTO nog niet duidelijk. Zowel het Duitse bedrijf als de Nederlandse leverancier uit Borne (Overijssel) komen daarvoor in aanmerking, stelt de woordvoerder. LTO heeft nog hoop dat de schade meevalt, omdat het om een relatief kleine partij besmet broodmeel gaat.