Klimaatplan goed verteerbaar voor Belgische economie

De socio-economische impact op België van het Europees klimaat- en energiepakket varieert tussen 0,07 en 0,45 procent van het bruto binnenlandse product (bbp). Dat blijkt uit een studie van het Federaal Planbureau. Klimaatminister Paul Magnette is verheugd dat de impact op België gering is, maar het VBO meent dat de politici moeten beseffen dat het kostenplaatje voor de Belgische bedrijven veel hoger ligt dan in de buurlanden.

De Europese Commissie stelde de klimaat- en energiemaatregelen in januari voor. Maar het pakket moet nog door het Europees parlement en de Europese regeringen worden goedgekeurd. Het voorziet dat de Europese Unie tegen 2020 de uitstoot van broeikasgassen met 20 procent moet verminderen ten opzichte van 1990 door de versnelde ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen. Voor België vertaalt zich dit in een vermindering van 15 procent van de uitstoot van broeikasgassen en een aandeel van 13 procent van hernieuwbare energie tegen 2020.

Volgens het Planbureau ligt de macro-economische impact voor België tussen 0,07 en 0,45 procent van het bbp, in functie van de inkomsten voor de staat na de veiling van de emissierechten en de herinvestering van deze inkomsten. Rekening houdend met de voorspelde groei van het bbp tussen 2010 en 2020, zal die groei een vertraging kennen van 0,006 en 0,04 procent, wat volgens de FOD Leefmilieu "uiterst weinig is". De effecten voor de werkgelegenheid worden geschat op een verlies van 16.000 jobs voor het meest pessimistische scenario tot een creatie van 25.000 banen in het meest optimistische scenario.

Minister Paul Magnette is blij "te mogen vaststellen dat de socio-economische impact van het pakket op België gering of zelfs positief zal zijn en dat de directe kosten niet van die aard zijn dat zij de Belgische economie schade zouden kunnen berokkenen". Dit bewijst volgens hem dat het volkomen mogelijk is de klimaatdoelstellingen te behalen alsook de doelstelling die door de Europese Commissie voor België vastgelegd werd inzake hernieuwbare energie. "Het is evenwel van wezenlijk belang dat er samenwerkings- en solidariteitsmechanismen komen opdat België deze doelstellingen op een kostenefficiënte manier zou kunnen bereiken", waarschuwt hij wel.

Het klimaat- en energiepakket is voor de minister een bijkomende stimulans om creatief aan deze nieuwe beleidscontext het hoofd te bieden, en de ontwikkeling van nieuwe technologische niches in de hand te werken. De studie biedt de gelegenheid om de sociale partners en milieuorganisaties actief te betrekken bij het debat over de maatregelen en een wezenlijk maatschappelijk draagvlak te creëren om de onderhandelingen tot een goed einde te brengen, aldus nog Magnette.

Tot voor de bekendmaking van het pakket in januari stelden de federale regering met de steun van de Vlaanderen en het patronaat dat België hoogstens 8 procent hernieuwbare energie zou kunnen halen tegen 2,2 procent in 2005. Het VBO herhaalde donderdag zijn vrees. België zou de doelstelling inzake hernieuwbare energie van de Europese commissie niet mogen aanvaarden, vinden de Belgische ondernemers. "De lat ligt te hoog voor België waardoor de kost disproportioneel zou zijn voor onze bedrijven en particulieren", luidt het in een mededeling.

Aangezien de studie van het Planbureau heel wat inkomsten voor de overheid ziet, pleit VBO-voorzitter Rudi Tomaes ervoor dat de regering nu reeds het engagement zou nemen "om de volledige opbrengst van de maatregelen herinvesteren in de ontwikkeling van de ecotechnologie, in hernieuwbare energie, in de vergroening van industriële processen al dan niet in combinatie met lastenverlagingen voor ondernemingen".(KS)