Bezoek aan Vlaams landbouwbedrijf doet Wojciechowski stilstaan bij belang van flexibel EU-beleid

Maanden geleden op een CEJA-event, nodigde Susan Mahieu Eurocommissaris Wojciechowski uit om eens langs te komen in Ieper en te zien hoe zij samen met haar man en vader een melkveebedrijf van 130 koeien runt. De commissaris, die er nochtans niet om bekend staat veel bedrijfsbezoeken te doen, bleek gecharmeerd te zijn door de uitnodiging en daagde zoals afgesproken woensdag op in Hollebeke, Ieper.

Samen met Bram Van Hecke, de voorzitter van de vereniging van jonge land- en tuinbouwers Groene Kring, leidde Mahieu de Eurocommissaris rond op haar bedrijf. Het duo wou de commissaris laten zien hoe jonge boeren in Vlaanderen te werk gaan, wat ze nodig hebben en wat ze vooral niet nodig hebben. “We wilden aantonen dat we niet altijd even goed vooruit kunnen met het beleid dat uit Brussel neerdaalt op Vlaanderen”, aldus Van Hecke.

Mooi op papier, moeilijk in praktijk

Tijdens de rondleiding kwamen tal van voorbeelden naar voor waarvan de jonge boeren vinden dat beleidsmakers maatregelen nemen zonder na te gaan wat de impact ervan is op het terrein en of de maatregel überhaupt wel uit te voeren is. Zo probeert Mahieu het voedsel van de koeien zoveel mogelijk zelf te verbouwen uit duurzaamheidsoverwegingen. Dit wordt ook aangemoedigd door Europa. “Maar het is niet altijd eenvoudig in een regio zoals Vlaanderen om zelf het voedsel te verbouwen wanneer landbouwgrond schaars is”, aldus Van Hecke.

Via een ecoregeling binnen het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) krijgt Mahieu ook subsidies om een innovatieve mix van grassen en peulvruchten aan haar koeien te geven. “Het was een financieel risico om dit uit te voeren, gelukkig zijn er de ecoregelingen en kunnen we op deze manier een duurzame nieuwigheid uitproberen”, legt Mahieu aan de commissaris uit. Een mooi voorbeeld dat aantoont dat jonge landbouwers mee willen springen op die duurzame trein, vindt Van Hecke. “Maar dan is er ondersteuning nodig en een beleid dat luistert naar de mensen die het beleid moeten uitvoeren”, aldus Van Hecke. Zo merkt hij op dat niet alle ecoregelingen even goed zijn uitgewerkt. “Bepaalde regelingen worden niet opgenomen omdat het risico veel te groot is. Het is belangrijk om daarover terug te koppelen met landbouwers.”

Ook in de aardappelloods kwamen maatregelen naar boven die de duurzaamheid bevorderen maar die volgens de jonge landbouwers in conflict staan met de rendabiliteit van de aardappelteelt. Zo werd onder meer het initiële MAP7-voorstel aangehaald waarbij de oogst van late aardappelen voor eind september moest plaatsvinden om nog tijdig een vanggewas te kunnen inzaaien. Ook kwam de gewasbeschermingspolemiek even naar boven. “De landbouwsector moet duurzaam zijn, maar het moet allemaal haalbaar blijven”, concludeert Mahieu.

Europarlementslid Tom Vandenkendelaere (cd&v, EVP), die de rondleiding in Ieper samen met de Eurocommissaris volgde, vindt dat Mahieu en Van Hecke de werking van het GLB en het belang van de context van de wetgeving goed illustreren. “De impact van wetgeving zoals nitraatrichtlijnen, het gebruik van gewasbescherming en de natuurwetgeving is niet te onderschatten op de landbouwsector” aldus Vandenkendelaere.

De Eurocommissaris heeft oor naar de bezorgdheden van de jonge landbouwers en lijkt de nood naar meer regionale flexibiliteit en terugkoppeling te verstaan. “Om de voedselzekerheid te garanderen, hebben de landbouwers meer stabiliteit nodig”, stelt Wojciechowski die onder de indruk is van de “moderne boerderij" van Mahieu en Deblock.

“Ik zag vandaag een commissaris die lijkt te beseffen dat onze specifieke regio ook specifieke beleidsondersteuning nodig heeft”, reageert Van Hecke achteraf. “Hij was onder de indruk dat jonge boeren hier zo innovatief zijn en beseft dat ze vanuit Europa nog meer moeten ondersteund worden. Ook liet hij ons achteraf nog weten dat hij het belangrijk vindt dat er flexibiliteit is op vlak van GLB en andere beleidsmaatregelen. Hopelijk zien we binnenkort zijn woorden ook in daden omgezet worden.”

Op X bleek alvast dat de Eurocommissaris onder de indruk was van zijn bedrijfsbezoek. Hij postte een draadje waarbij hij de historische verwijzingen naar Ieper combineerde met de huidige moderne landbouwbedrijven die er op dezelfde gronden actief zijn als waar er 100 jaar geleden heel wat bloed is vergoten.