"Impact lawaai op biodiversiteit wordt onderschat"
nieuwsOnze beschaving heeft zich niet in alle stilte ontwikkeld. Lawaai lijkt wel inherent verbonden met de moderne bedrijvigheid van de mens. Transport, industrie, moderne landbouw: grote delen van onze planeet worden getrakteerd op almaar meer decibels. "De impact van dat lawaai op de biodiversiteit wordt zeker onderschat", zegt gedragsbioloog Hans Van Dyck in De Standaard.
Zelfs de oceanen baden niet langer in een oase van stilte. Ieder decennium stijgt het gemiddelde achtergrondgeluid in zee met drie decibels. Voor drukke vaarroutes is die toename vele malen hoger. In zee zijn er bovendien nog andere bronnen van hels lawaai. Tal van ingenieuze detectiesystemen zoals sonar en seismische technologie die courant vanop civiele en militaire schepen gebruikt worden, sturen stevige drukgolven het zeewater in.
"Geringere visvangsten nabij dergelijke seismische toepassingen zijn onder meer bekend bij kabeljauw, schelvis en haring. De invloed blijkt dagenlang merkbaar en kan tot tientallen kilometers ver reiken", weet Van Dyck. "Biologen maken zich hierover zorgen want het gehoor is een belangrijker zintuig dan zicht voor de meeste zeedieren. Bovendien beperkt de impact zich niet tot het gehoor. Lawaai zorgt bij krabben al gauw voor ernstige problemen, zoals beschadigde organen of geringere groei".
Van Dyck, die hoogleraar is aan de Université Catholique de Louvain (UCL), is ervan overtuigd dat de invloed van lawaai op de biodiversiteit veel groter is dan algemeen wordt aangenomen. "Vele levensvormen hebben immers een ander hoorbereik dan het onze. Om zich te oriënteren en op insecten te jagen, gebruiken vleermuizen een sonarsysteem dat buiten ons hoorbereik zit. Experimenten tonen dat deze dieren in de problemen komen in lawaaierige zones zoals langs drukke autowegen".
Kunnen dieren dan niets beginnen tegen lawaai? "Toch wel. Een Amerikaanse vink zingt luider in lawaaierige buurten. Maar hoger zingen kunnen de mannetjes niet lang volhouden. Pech, want lange coupletten vallen meer in de smaak bij vrouwtjes. Lawaai leidt op die manier tot nieuwe en mogelijk sterke selectie. Het is buigen of barsten. Wanneer het heel erg snel moet gaan op de evolutionaire schaal blijkt barsten een frequentere uitkomst dan zich succesvol aan te passen".
Bron: De Standaard