"Grondenjacht voor windmolens is ontspoord"

De grondenjacht van een rist groenestroombedrijven op het Vlaamse platteland is uit de hand gelopen. Dat zegt Rescoop Vlaanderen, de spreekbuis van de hernieuwbare-energiecoöperatieven, die de overheid oproept in te grijpen. De grote spelers op de windenergiemarkt zouden landbouwers en landeigenaars verleiden met pachtvergoedingen die oplopen tot 30.000 euro, waardoor het voor burgercoöperatieven onmogelijk is geworden om nog een windenergieproject te ontwikkelen op privéterreinen.

Een vijftal energieproducenten - Electrabel, EDF Luminus, Aspiravi, Eneco en Elicio - palmen vandaag zowat alle privégronden op het Vlaamse platteland in die voor windenergie geschikt zijn. Dat zegt Dirk Vansintjan van Rescoop Vlaanderen. De laatste jaren heeft er een “windrush” plaatsgevonden waarbij die grote energieproducenten landbouwers en landeigenaars voor zich proberen te winnen met beloften over de betaling van aanzienlijke pachtvergoedingen, zo stelt Vansintjan vast. “Er bestaan contracten waarin pachtvergoedingen tot 30.000 euro worden beloofd.”

Dat opbod is nefast voor de hernieuwbare-energie-coöperatieven, zo klinkt het, want het is volgens Rescoop onderhand zo goed als onmogelijk geworden om nog een windenergieproject te ontwikkelen op privéterreinen. “Bovendien wordt het opbod gefinancierd met de groenestroomsubsidies die de bedrijven binnenkrijgen voor de productieopbrengst van windenergieparken, en aangezien deze subsidies doorgerekend worden via de elektriciteitsrekening, is het uiteindelijk de verbruiker die opdraait voor het opbod tussen de windenergieproducenten”, aldus Vansintjan.

“Nog een nefast neveneffect: het zaait tweedracht onder de landbouwers”, stelt Rescoop vast. “Als jij een stukje grond hebt waarop een molen komt, heb je geluk. Jouw buur heeft dat niet, terwijl hij wel op de molen moet kijken. Nochtans is de wind van iedereen”, aldus voorzitter Niko Deprez, die de overheid oproept in te grijpen. De federatie suggereert om een 'windclaim' te introduceren, waarbij aanspraak kan gemaakt worden op een terrein als gemeenschappelijk goed, zodat daarop turbines geplaatst kunnen worden voor een 'faire prijs'.

In plaats van tot 30.000 euro pachtvergoeding per jaar moet er een voordelig recht van opstal worden afgesproken waarbij de landeigenaar 5.000 euro per jaar krijgt. Rescoop gaat zelfs verder en vindt dat het ook mogelijk moet zijn om stukjes landbouwgrond te onteigenen. “Wat al kan voor hoogspanningsmasten, moet ook kunnen voor windturbines”, argumenteert Vansintjan, die er verder nog op wijst dat er in Wallonië voorlopig nog geen sprake is van een oververhitting van het prijsopbod. “De duurste percelen bedragen 8.000 tot 9.000 euro.”