Gevreesd en veelbesproken, een gesprek met VLM

Het aantal klachten bij de Vlaamse Landmaatschappij over het mestbeleid daalde vorig jaar van 34 naar 11. Ook op het terrein ervaren de medewerkers van VLM dat de sfeer overwegend sereen is. En toch wordt de Mestbank op datzelfde terrein door sommigen gevreesd, draait de geruchtenmolen op volle toeren en worden ze niet gezien als de meest sympathieke van de klas. Hoe komt VLM in deze verdeelde positie terecht?

17 mei 2023  – Laatst bijgewerkt om 19 mei 2023 11:58
vlm-controle-mestbank-1108

Naast bezwaarschriften die landbouwers kunnen indienen als ze een boete of PV betwisten, kunnen ze ook terecht bij de klachtendienst van VLM om hun ongenoegen kenbaar te maken over het mestbeleid en de Mestbank. In 2022 werden zo 11 klachten, waarvan 7 ontvankelijk, geregistreerd. In 2021 waren dat er nog 34. “De reden voor de daling is niet met 100 procent zekerheid vast te stellen”, staat te lezen in het jaarverslag van klachten in 2022. “Maar het lijkt dat verschillende elementen eraan bijgedragen hebben.” Een eerste reden zou het openbaar onderzoek kunnen zijn dat gevoerd werd naar aanleiding van de PAS en het bijhorende plan-MER. Op deze manier hebben landbouwers in 2022 ook al hun ongenoegen kunnen ventileren. Daarnaast wijst het verslag op het gegeven dat er vorig jaar geen significante beleids- of regelgevingswijzigingen hebben plaatsgevonden en dat de berichtgeving vanuit de Mestbank werd geoptimaliseerd.

 In verhouding met het aantal controles is het aantal klachten beperkt. “Ook op het terrein ervaren we zeker geen toename van het aantal klachten”, zegt Bart De Schutter, afdelingshoofd van de Mestbank. “Al voelen we dat de gemoederen soms wel eens oplaaien. Zo was er de situatie na het gelekte werkdocument van MAP7 en hebben we de boerenprotesten zien passeren langs onze kantoren in Brussel.”

“We zitten vandaag in een situatie waarbij de waterkwaliteitsnormen in een groot stuk van het landbouwgebied niet gehaald worden”, gaat De Schutter verder. “Dat frustreert niet alleen ons maar ook de landbouwers. Daarnaast heb je ook nog andere actuele thema’s zoals de stikstofuitstoot, waardoor er veel op korte tijd samenkomt voor de landbouwers. We merken dat dit soms wel eens weegt op de gemoederen. Maar wij ervaren zeker geen andere houding bij de landbouwers dan vroeger, bij de meeste contacten gaat het er vriendelijk en rustig aan toe.”

Weinig empathie, focus op boetes

En toch kan de Mestbank in Facebook- en Whatsappgroepen van landbouwers op weinig sympathie rekenen. “Vroeger begeleidde en sensibiliseerde de Mestbank meer, nu heb ik het gevoel dat de nadruk ligt op boetes en pv’s uitschrijven“, zegt een Kempense boer, die liever anoniem blijft. “De medewerkers op het terrein zijn vaak jonge mensen die zich nog willen bewijzen en amper rekening houden met de situatie. Als wij uitleggen aan de controleur waar het misgelopen is en wat de gemaakte fout was, komt er weinig reactie van hen. De meesten zeggen gewoon ‘ik ga een PV opstellen en je hebt zoveel tijd om bezwaar in te dienen’. Daar sta je dan.”

Dit gevoel van dalende sensibilisering, begeleiding en empathie, gecombineerd met een claim van steeds meer boetes, is te kort door de bocht volgens de Mestbank. “Het is inderdaad zo dat we vroeger binnen VLM bedrijfsadvies gaven waarbij we effectief landbouwers begeleidden”, duidt De Schutter. “En dat doen we nog steeds, enkel is het nu op een andere manier georganiseerd. Het is niet meer wijzelf maar de Begeleidingsdienst voor een Betere Bodem en Waterkwaliteit (B3W) die de  begeleiding voor zijn rekening neemt, in opdracht van VLM.”

VLM controle Mestbank_VLM

Dat de Mestbank minder zou sensibiliseren en onmiddellijk zou overgaan tot boetes uitschrijven, is niet correct, volgens De Schutter. “Sensibiliseren is nog steeds een prioriteit, dat is doorheen de tijd zeker niet afgebouwd”, legt hij uit. “Enkel als we na een periode van sensibilisering vaststellen dat er geen gevolg wordt gegeven aan de waarschuwingen, geven we een sanctie. Het gevoel dat er meer gecontroleerd wordt in vergelijking met vroeger, klopt, zij het met enige nuance. Door MAP6 zijn er extra maatregelen gekomen waardoor we ook meer moeten handhaven. Deze extra regels en controles verhouden zich tot het aantal boetes, dat ook gestegen is.”

Gedragscode

“We lezen de berichten dat onze medewerkers niet empathisch zouden zijn hier en daar ook”, zegt Leen Van De Bergh, woordvoerder bij VLM. Binnenin de Mestbank geldt echter een gedragscode voor alle medewerkers waarin onder meer menselijkheid, professionalisme en gelijkheid van behandeling vooropgesteld worden. “Wij vertrouwen onze medewerkers dat zij veel aandacht besteden om op een professionele manier met de landbouwers om te gaan. Naast de gedragscode krijgen onze medewerkers ook opleidingen. Als er landbouwers zijn die vinden dat ze niet correct behandeld zijn, moeten ze ons dit zeker melden. Het kan ons alleen maar vooruithelpen.”

Naar het schijnt…

Toch doen er hardnekkige verhalen over de Mestbank de ronde. Zo was er onlangs het verhaal dat de Mestbank helikopters zou inzetten om de percelen te controleren en het gerucht dat iemand binnen VLM landbouwers moreel onder druk zou zetten om in te tekenen op de varkenstoppersregeling. Dat laatste is eind april zelfs tot in de commissie Landbouw van het Vlaams parlement geraakt.

Bij de Mestbank hebben ze er het te raden naar vanwaar die geruchten telkens komen. “Sinds het stikstofakkoord ervaren we plots wel extra aandacht en komen we meer als gezicht van het mestbeleid in de schijnwerpers te staan”, zegt Van den Bergh. “Daarbovenop is er ook de polarisering, waar we voor een deel ongewild in meegesleurd worden. Die extra aandacht voor het mestbeleid en visibiliteit van de Mestbank zorgen er mogelijk voor dat landbouwers zich met hun frustraties tot ons richten of wat meer schrik hebben voor controles.” “Maar als men de wetgeving toepast is dat helemaal niet nodig,” vult De Schutter aan.

VLM probeert geruchten en miscommunicatie tegen te gaan door onder meer kort op de bal te spelen in de vakpers wanneer foute informatie de wereld ingaat en open te communiceren met onder meer landbouwconsulenten en landbouwers tijdens info- en dialoogsessies. In juni 2022 lanceerde VLM ook een berichtenbox. Landbouwers kunnen de communicatie met de Mestbank nu gebundeld terugvinden op het Mestbankloket.

Communicatie

Laat net communicatie hetgeen zijn waarin onze anonieme landbouwer uit de Kempen het meest teleurgesteld is. “Niet enkel de communicatie met de terreincontroleurs maar ook met de mensen op de dienst zelf. Het is alsof je tegen een muur praat, niemand luistert nog en niemand weet hoe de vork in de steel zit. Als ik iets vraag, krijg ik vaak het antwoord dat mijn vraag niet de verantwoordelijkheid is van de persoon in kwestie en word ik van het kastje naar de muur gestuurd.”

Niet enkel de bureaucratie, maar ook de inefficiëntie binnenin VLM wordt aangehaald door nog twee andere landbouwers. “Als er controles geweest zijn op het veld dan duurt het drie weken alvorens ik iets van hen hoor. Wij rijden gemiddeld 1.500 kubieke meter mest per dag met verschillende chauffeurs. Dan moet ik uitzoeken wie en wat ik drie weken geleden hebben uitgereden. Kan dat niet efficiënter?”, vraagt een loonwerker zich af. “De resultaten van een doorlichting laten ook altijd heel lang op zich wachten”, vertelt een andere boer. “Maar om bezwaar in te dienen hebben we zelf maar drie weken om alles te verzamelen en in orde te brengen.”

Over de manier waarop gecommuniceerd wordt krijgt VLM zelden specifieke klachten. “Maar communicatie kan altijd beter en net daarom zijn we bezig met een onderzoek over de communicatie van de Mestbank”, zegt Van den Bergh. “De respons op de enquête was alvast groter dan we hadden verwacht bij de landbouwers. Er staan nog enkele diepte-interviews met landbouwers op de planning en daarna zullen we op basis van de resultaten een communicatieplan opstarten en kunnen we zaken verbeteren. We willen ook goed voorbereid zijn om de nieuwe wetgeving van MAP7 vlot haar ingang te laten vinden.”

Als er landbouwers zijn die vinden dat ze niet correct behandeld zijn, moeten ze ons dit zeker melden. Het kan ons alleen maar vooruithelpen

Leen Van De Bergh - Woordvoerder VLM

Grijze zones

Naast de communicatie is de te theoretische aanpak van de regels voor onze anonieme getuigen ook een heikel punt. “In de praktijk zijn sommige regels niet te begrijpen of bijna niet haalbaar”, zegt een mesttransporteur. “In theorie moet je telkens garanties hebben dat je juist opereert, maar je kan niet van alles stalen nemen, vaak gebeuren er dus enkel visuele inspecties. Maar hoe kan ik nu exact zien en beslissen welke waarden mijn mest heeft en of ik die dan mag uitrijden? Ook de controleurs doen enkel visuele inspecties.” Volgens De Schutter zijn deze visuele inspecties niet altijd zo moeilijk en is dit geen grijze zone. “Het verschil tussen effluent en slib is bijvoorbeeld duidelijk zichtbaar”, duidt het afdelingshoofd van de Mestbank. “Er is de viscositeit, schuimvorming, geur en kleur. Daarbovenop wordt alles wel degelijk telkens bevestigd met een staalafname. Soms vragen we wel uit voorzorgsmaatregel om te stoppen met uitrijden als er via visuele inspectie duidelijk iets niet klopt. Maar daarna laten we dat ook bevestigen door een laboanalyse.”

Flexibiliteit gevraagd

Een andere regel die bij velen op onbegrip stuit is het verbod op uitrijden van mest op zondagen, feestdagen en voor en na zonsopgang. Dat onbegrip groeit uit in frustratie wanneer landbouwers in drukke periodes een uitzondering op de regel vragen maar telkens op een ‘wet-is-wet-antwoord’ botsen. “Het uitrijdverbod op zon- en feestdagen heeft de wetgever om maatschappelijke redenen opgenomen in het mestdecreet, omwille van de hinder voor omwonenden en recreanten. Wil men daarvan afstappen, dan moet men hierover het debat voeren en de wetgeving aanpassen”, aldus De Schutter. “Momenteel kan daar kan niet van afgeweken worden.”

Partner

“We steken het ook niet onder stoelen of banken: de wetgeving is niet eenvoudig”, zegt De Schutter. “Voor landbouwers is het niet gemakkelijk om daar een weg in te vinden en we verstaan de frustraties. Wij proberen hen daarin dan ook te helpen en een partner te zijn in de transitie die de landbouwsector doormaakt en nog voor de boeg heeft, naar een meer milieu- en natuurvriendelijke landbouw. Een transitie waar maatschappelijk draagvlak voor is en waarvoor bij veel landbouwers ook begrip is.” “Om landbouwers te ondersteunen bij die transitie zijn we er ook met onze andere instrumenten, zoals de beheerovereenkomsten, het flankerend beleid, de grondenbanken en de Water-Land-Schap-projecten waarin samen met landbouwers gezocht wordt naar oplossingen voor watergebonden problemen,” besluit Van den Bergh.

Bron: Eigen verslaggeving

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek