"Gevolgen woestijnvorming op klimaat onderschat"
nieuwsDe gevolgen van de wereldwijde uitbreiding van woestijnen op de klimaatverandering is volgens deskundigen tot nog toe onderschat. De bodem kan meer koolstofdioxide opslaan dan bomen, verklaarde uitvoerend secretaris Luc Gnacadja van het in Bonn gevestigde VN-secretariaat ter bestrijding van de woestijnvorming(UNCCD).
Over dit onderwerp buigen zich ongeveer 2.000 deelnemers uit 191 landen op de negende VN-conferentie tegen woestijnvorming die maandag van start is gegaan in de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires. Er bestaan nog altijd tegenstanders die de bodembescherming niet willen betrekken in de strijd tegen de klimaatverandering, luidt de kritiek van Luc Gnacadja in een gesprek met het Duitse persagentschap dpa.
Die mensen moet duidelijk gemaakt worden dat de bodem meer koolstofdioxide kan opslaan dan bomen, beandrukte Gnacadja in Buenos Aires. Door de verslechtering van de bodemkwaliteit in droge gebieden overal ter wereld daalt niet alleen het vermogen van wouden om CO2 op te slaan. Bovendien komt ook de in de bodem opgeslagen CO2 vrij. De grootste hindernis bij de inachtneming van de bodem als klimaatfactor, de ontbrekende meetsystemen, zijn intussen in ruime mate overwonnen.
Daarom is het van groot belang dat een gemeenschappelijke strategie wordt gevonden om de bodemverslechtering een halt toe te roepen en dat die bij de volgende klimaatconferentrie van de Verenigde Naties in december in Kopenhagen ook in aanmerking wordt genomen, zei Gnacadja. Hiervoor kunnen de ministers van Milieu, die er ook in Kopenhagen weer bij zullen zijn, in Buenos Aires al belangrijke afspraken maken.
Noodzakelijk is echter ook een toereikende finanaciering van het woestijnsecretariaat. Gnacadja wil tijdens de twaalf dagen durende conferentie in de Argentijnse hoofdstad een verhoging van het UNCCD-budget met 15 procent bekomen. Ongeveer 40 procent van het aardoppervlak wordt beschouwd als droogtegebied, en daarin leeft een derde van de wereldbevolking. De helft van hen leeft in armoedige omstandigheden.
Sinds 1990 zijn de droogtegebieden met 15 tot 25 procent toegenomen. Het ergst getroffen zijn Afrika en Centraal-Azië. Maar ook landen als de Verenigde Staten, Spanje, Italië en Griekenland leiden onder een watertekort en bodemdegradatie. Dat leidt in arme regio's tot een daling van de voedselproductie, hetgeen hongersnood, vluchtelingenstromen en oorlogen in de hand werkt.
Bron: Belga