Getuigen ontkrachten varkenspestfraude bij Food Impex

De zaakvoerders van Food Impex, de 53-jarige Jean-Pierre Verhaeghe en de 49-jarige Nicole Sentobin, staan samen met 23 andere personen terecht, omdat zij tussen 1992 en 1994 onder meer slachtafval en bedorven vlees als gemalen rundvlees zouden verkocht hebben. Zo werd ook voor minstens 8.180.486 euro aan restitutiegelden van de Europese Unie opgestreken. Bovendien zouden Verhaeghe en Sentobin in 1985 en 1986 vlees dat omwille van de varkenspest moest vernietigd worden, verduisterd hebben en op de zwarte markt gebracht. Daarvoor zouden zij te hoge aantallen van slachtafval hebben opgegeven.

Dat verhaal werd vandaag door verschillende getuigen in vraag gesteld. De rechtbank ondervroeg drie dierenartsen die tijdens de varkenspest aan het werk waren in het Gentse slachthuis, en een ambtenaar van de toenmalige Inspectie van de Vleeshandel. Alle vier getuigden dat zij op geen enkel moment iets onregelmatigs hadden vastgesteld. De dierenarts die Verhaeghe zou ingeschakeld hebben om vlees te helpen verduisteren heeft hen ook nooit weggestuurd bij controles.

Bovendien verklaarden de vier getuigen ook dat de varkens die naar aanleiding van de varkenspest geslacht werden, veel vetter waren dan de normale slachtvarkens. Dat is iets wat ook opgemerkt werd door landbouwingenieur en vleesexpert Frank Vandendriessche, die door de verdediging van Verhaeghe als expert werd ingeschakeld: "Die dieren hebben omwille van de varkenspest langer in de stallen gezeten en zijn dus vetter dan normaal. Bij de proefversnijding die tijdens het gerechtelijk onderzoek is gebeurd, is een karkas gebruikt dat van veel betere kwaliteit was dan de pestvarkens. Daar kan een verschil in bruikbaar vlees en slachtafval op zitten van 20 procent. De cijfers over slachtafval die Food Impex opgeeft, komen overeen met de hoeveelheden die in een dergelijke situatie te verwachten zijn".

Ingenieur Vandendriessche bracht ook nuances aan bij de verklaringen van werknemers van Food Impex als zou er bij de productie rot vlees gebruikt zijn: "Het is niet omdat het vlees een groene schijn vertoont, dat het rot is. Dat kan een gevolg zijn van de lichtinval. Ook een kwalijke geur is geen bewijs van rottend vlees. Het is best mogelijk dat die geur afkomstig is van een abces dat bij het slachten is opengesneden. Als dat verwijderd is, en de instrumenten ontsmet, is er niets aan de hand".

Woensdag heeft de rechtbank ook een agenda bepaald voor de verdere behandeling van de zaak. Er is immers ook een fiscaal aspect aan de zaak Food Impex, en dat vormde voorlopig een apart dossier, met gedeeltelijk andere beklaagden. Op 7 mei zullen de twee zaken samengevoegd worden, waarna de advocaten van de verdediging tot 27 mei krijgen om aanvullende vragen te stellen aan de getuigen. Als zij nieuwe getuigen willen horen of andere onderzoeksdaden wensen, zal er ook in juni een zitting voorzien worden. In elk geval zullen het rekwisitoor van het openbaar ministerie en de pleidooien van de verdediging slechts in september plaatsvinden.