Europa zet stap naar afbouw subsidies
nieuwsDe plannen die EU-commissaris voor landbouw Franz Fischler volgende woensdag zal bekendmaken, dragen de eufemistische titel 'tussentijdse herziening'. In werkelijkheid gaat het om een vrij radicale, maar niet revolutionaire, bijsturing van het Europese landbouwbeleid.
Het huidige landbouwbeleid is vastgelegd in afspraken die eind 1999 gemaakt zijn, de zogenaamde Agenda 2000. Die bepalen het financiële kader voor de jaren 2000 tot en met 2006. De Commissie heeft er in 1999, tijdens de Top van Berlijn, voor gezorgd dat ze halfweg die termijn kon bijsturen.
Die bijsturing stond voor een zeer groot deel in de sterren geschreven. Er zijn namelijk drie redenen die een ernstige bijsturing noodzakelijk maken en minstens twee van die redenen zijn al lang gekend.
De eerste en voornaamste reden is de vrijmaking van de wereldhandel. Het Europese gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) is al vele jaren een internationale zondebok. De hoge inkomens- en exportsteun verstoren de internationale markten en geven boeren uit de derde wereld geen kans.
Binnen vroeger de GATT en nu de WTO wordt geleidelijk de druk opgevoerd om de exportsubsidiëring te schrappen. Europa wou in november tijdens de onderhandelingen in Doha (Qatar) niet verder gaan dan de belofte tot vermindering.
De tweede reden is dat het GLB binnenkort onbetaalbaar en onbeheerbaar wordt binnen de Europese Unie. Die Unie gaat van 15 naar 25 en later 27 leden. In de Oost-Europese landen zijn er heel wat kleine boeren. Hen allemaal inkomenssteun bieden, kost heel veel geld. Bovendien is controle op de besteding van het geld uiterst moeilijk.
De derde reden ligt in de veelvuldige voedselincidenten van de laatste jaren, in combinatie met de aantasting van het milieu door de intensieve landbouw. De EU-landbouwpolitiek legt veel te veel de nadruk op kwantiteit en veel te weinig op kwaliteit. Er moet meer aandacht en geld gaan naar het dierenwelzijn, naar plattelandsontwikkeling en naar voedselveiligheid.
Momenteel gaat jaarlijks zo'n 44 miljard euro, of de helft van het budget van de Europese Commissie, naar landbouwsteun. Een 70 procent daarvan gaat naar inkomenstoeslagen voor boeren. Hierin wil Fischler knippen. Vanaf 2004 zou er jaarlijks drie procent afgaan van de 'directe betalingen', tot het maximum van 20 procent bereikt wordt. Per individuele boer komt er ook een maximum bedrag aan steun.
Bovendien wordt de link tussen inkomenssteun en productie zwakker gemaakt, om zo de subsidiëring van overproductie tegen te gaan. De inkomenssteun zou ook eenvoudiger gemaakt worden, wat handig is als de vele Oost-Europese boeren in de Unie komen.
Fischler benadrukt dat de herziening van het landbouwbeleid geen onmiddelijke besparingen beoogt. Het uitgespaarde geld in de inkomenssteun (eerste pijler) gaat naar andere doelstellingen, vooral de plattelandsontwikkeling (tweede pijler). Op die manier wil men het typische, Europese platteland beschermen.
Het geld gaat ook deels naar 'eco-conditionaliteit': milieubescherming, dierenwelzijn, voedselveiligheid. Boeren die die doelstellingen respecteren, mogen op meer geld rekenen.
De Belgische overheden, vooral het Vlaams en Waals gewest, hebbben nog geen standpunt bepaald. Toch kan België grotendeels akkoord gaan met de commissievoorstellen. Landbouw is dan ook een weinig belangrijke activiteit geworden in België. Bovendien zijn er hier hoofdzakelijk kleine boeren, die actief zijn in subsectoren die niet erg geraakt worden.
De Boerenbond echter is ontevreden over de voorstellen-Fischler. Volgens de belangenorganisatie mag er voorlopig niets gebeuren. Enerzijds omdat afspraken zijn gemaakt tot 2006. Anderzijds omdat men eerst moet wachten tot de uitbreiding van de Unie in 2004 en men moet wachten op de resultaten van de onderhandelingen binnen de Wereldhandelsorganisatie, ook al in 2004.
De Boerenbond heeft ook een aantal specifieke punten van kritiek. Zo wordt de steun aan de graanproducenten nog maar eens verlaagd. De Boerenbond is het er ook niet mee eens dat boeren die waken over dierenwelzijn en voedselveiligheid extra beloond worden, dit moet een basisregel zijn.
De EU-Commissie zal de voorstellen-Fischler woensdagmorgen goedkeuren. Woensdagnamiddag worden ze voorgesteld aan het Europees parlement, donderdag aan de belangenorganisaties (boeren, consumenten, dieren- en milieu-organisaties). Daarna kunnen de 15 EU-lidstaten starten met de moeilijke onderhandelingen. Franz Fischler zou de maatregelen graag zien ingaan op 1 januari 2004, dus nog voor de toetreding van de nieuwe lidstaten.
Of Fischler het kan halen, is niet zozeer de vraag. Alle lidstaten zijn bereid stappen te zetten. De vraag is in welke mate Fischler het zal halen. De Franse regering - traditioneel gevoelig voor de eisen van de boeren - gaat nu al stevig op de rem staan, al is dit voor een deel 'voor de galerij'.
Een aantal rijkere, noordelijke landen willen dat wel stevig gesnoeid wordt in de subsidiëring. Zuidelijke landen en landen als Finland en Ierland, met eveneens veel boeren, zijn dan weer uiterst beducht.
Commissaris Fischler was echter zo slim om nog niet alle mogelijke landbouwprodukten in zijn voorstellen op te nemen. De produkten uit de zuidelijke landen bijvoorbeeld zullen pas later aan bod komen.
Bovendien voorziet Fischler een verschuiving van geld van noordelijke naar zuidelijke landen. De man beseft duidelijk dat hij een zeer uitgekookte strategie nodig heeft om zijn slag thuis te halen.
Bron: Belga