“Er gaat toch niets boven een stukje puur vlees”

In volle coronacrisis schakelden ze noodgedwongen een paar tandjes hoger en was er van technische werkloosheid absoluut geen sprake. “De vraag was zodanig gegroeid, dat we snel op zoek moesten naar 2 nieuwe mensen om alles te kunnen blijven bolwerken”, vertelt Alain. “Maar je zal zien, wanneer de restaurants opnieuw op volle toeren draaien, zal de interesse in het korte ketenverhaal opnieuw afnemen.” 

Samen met zijn ouders runt hij de boerderij in Lebbeke. Een kleine 2 kilometer verderop baten ze ook een slagerij uit, in het centrum van het dorp. “Naar de letter van de wet kan je dat geen hoeveverkoop noemen, want de slagerij maakt geen deel uit van de boerderij. Maar veel korter bij de consument kan je niet zitten.”

Franse veemarkten

Het was vader Antoine, die als zoon van een slager, al op 14-jarige leeftijd meereisde met veehandelaars die langs Lebbeke naar de veemarkten in Brussel trokken. Later ging hij zelf de grens over naar Frankrijk, waar zijn passie voor de Franse rassen werd aangewakkerd. Frankrijk was toen hét bolwerk van de zuivere vleesrassen.

 In 1972, startte Antoine zijn eigen hobby-boerderij, samen met zijn vader en broer, waar hij de activiteiten van veehandelaar combineerde met die van veeteler. Na verloop van tijd breidde hij de boerderij uit, zeker toen de prijzen in Frankrijk in de jaren ’80 de vlucht vooruit namen. Daardoor werd de import van Frans vee minder rendabel. Hij besteedde steeds meer aandacht aan de fokkerij en startte met de exclusieve kweek van Blonde d’Aquitaine. 

Tien jaar geleden nam Alain, die al van kinds af aan meedraait op de boerderij, ook de beenhouwerij over van zijn neef. Daardoor is de cirkel volledig rond: rundvlees van eigen kweek tot eigen toonbank. “Eigenlijk was het de bedoeling om dit jaar het tienjarige bestaan te vieren. Maar daar heeft de coronacrisis een stokje tussen gestoken”, zegt Alain. “Ach ja, dan vieren we volgend jaar maar 10+1.”

Laat de natuur z’n werk doen 

Wat maakt de Blonde d’Aquitaine, het keurmerk van de familie Van Den Vreken, nu zo uniek? Het is vooral het natuurlijke aspect dat het ras zo aantrekkelijk maakt. “In tegenstelling tot andere rassen, waar keizersneden de standaard zijn, is natuurlijk afkalven de regel”, vertelt Alain. “Op die manier ontwikkelen de koeien een natuurlijke relatie met hun kalf, die ruim een half jaar bij hun moeder blijven. Ook de voeding van de Blonde d’Aquitaine ligt veel meer in het verlengde van de natuurlijke voeding van runderen, namelijk meer vezels en kruiden. Daardoor hebben ze amper medicatie of ontworming nodig. Het is een puur en zuiver ras.”

De boerderij in Lebbeke telt zo’n 100 koeien. Elke 14 dagen wordt er eentje geslacht en uitsluitend via de korte keten verkocht. Enerzijds in de beenhouwerij, die enkel op vrijdag en zaterdag de deuren opent, anderzijds via de Buurderij. “Wij verkopen onze producten via Boeren en Buren in de Buurderijen van Dendermonde, Kruibeke, Beveren-Waas en Londerzeel”, vertelt Christine De Winter. “Het is een zeer goed uitgewerkt online platform voor lokale producten waar mensen wekelijks hun bestelling kunnen op doorgeven. Eén coördinator regelt alles met de producenten en voor de verdeling. Voor ons is dat zeer gemakkelijk, we weten immers op voorhand perfect wat we allemaal moeten klaarmaken.”

“Klanten zijn ons genegen”

In Lebbeke merken ze nagenoeg niets van het negatieve imago waar de veeteelt soms mee krijgt te kampen. “Bij ons komen klanten over de vloer die ons goed gezind zijn en die weten dat we correct werken”, vertelt Christine. “Onze dieren hebben ook een luxeleven: ze mogen buiten lopen, als het te warm of te koud is, komen ze binnen in een propere stal, ze zijn nooit ziek geweest… Je moet respect hebben tijdens het leven van het dier, en dat bieden wij.” 

Wat wel opvalt is dat consument steeds meer naar bereide producten grijpen. “Tegenwoordig moet je veel traiteurproducten voorzien, want mensen komen niet meer af op enkel een schel vlees”, zegt Christine. “Nochtans zijn die gerechten, zoals cordon blue, schnitzels, stoofvlees of kaasburgers een pak duurder omdat we er veel meer werk aan hebben. Hoewel we die maken met de beste producten, ben je toch nog steeds beter met een klein stukje puur en gezond vlees.”