Eerste hulpfondsen toegezegd op VN-voedseltop

Op de Wereldvoedseltop in Rome is woensdag de eerste hulp toegezegd voor de strijd tegen de huidige voedselcrisis en honger in de wereld. VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon waarschuwde ervoor dat de top in Rome niet mag mislukken. "Dit is een strijd die we niet mogen verliezen, en honger is onze vijand", luidde het. Hij wil dat de aanwezige staats- en regeringsleiders met precieze engagementen naar huis keren en snel concrete maatregelen tegen de honger nemen.

De Islamitische Ontwikkelingsbank (IDB) stelt bijna 970 miljoen euro ter beschikking. Met dat geld zullen ontwikkelingsprogramma's voor de landbouw in de armste landen gefinancierd worden. Ook het Wereldvoedselprogramma (WFP) zal dit jaar 775 miljoen euro extra vrijmaken, bovenop de reeds geplande hulp. Het WFP hoopt nu op een internationale financiering van deze extra middelen. Het geld zou gaan naar miljoenen mensen in 62 landen die het zwaarst getroffen zijn door de hoge voedselprijzen.

VN-topman Ban dringt bij de staats- en regeringsleiders aan op concrete maatregelen. Honger leidt tot onrust en instabiliteit, meent hij. Nu moeten vooral de kleine boeren en de landen die het hardst zijn getroffen door de stijgende voedselprijzen geholpen worden. Een actieplan moet in de eerste plaats maatregelen omvatten die de voedselprijzen redelijker zullen maken, luidt het.

Ondertussen kwamen verschillende VN-organisaties met de door oud-VN-secretaris-generaal Kofi Annan geleide Alliantie voor Groene Revolutie in Afrika (AGRA) overeen om in de toekomst samen te werken en partnerschappen te sluiten. Het FAO, het WFP en het IFAD, het International Fund for Agricultural Development, ondertekenden een akkoord met AGRA dat vooral de kleine boeren in Afrika moet helpen. De bedoeling is om de voedselproductie en de voedselzekerheid voor 200 miljoen chronisch hongerlijdende mensen in heel wat Afrikaanse landen zo snel mogelijk te verbeteren.

De voorzitter van de Wereldbank, Robert Zoellick, riep tijdens de voedseltop ook op om de commerciële beperkingen voor export op te heffen omdat ze "de stijgende voedselprijzen aanmoedigen en de meest arme volkeren treffen". Volgens hem is er nood aan een internationaal initiatief om exportbeperkingen op te heffen. "Die moedigen de stijgende prijzen aan", zei Zoellick tijdens zijn presentatie van een tienpuntenplan. Het plan van Zoellick bestaat uit twee belangrijke delen: strijden tegen de honger van miljoenen mensen en ervoor zorgen dat de hoge voedselprijzen een opportuniteit zijn om de wereldwijde landbouw te ontwikkelen.

Tegelijk waarschuwden meer dan 200 ngo's woensdag in Genève de Wereldhandelsorganisatie (WTO) ervoor, de voedselcrisis niet verergeren bij het afsluiten van de Doha-ronde. Bij die onderhandelingen wordt al zeven jaar over een liberalisering van de wereldmarkt gesproken. Dit jaar zou de onderhandelingsronde afgesloten worden, maar daarover bestaan nog twijfels.

Door het Doha-proces dreigen de voedingsmiddelenprijzen nog meer te verwateren, luidde het in een gemeenschappelijke verklaring van de ngo's aan de deelnemers van de Wereldvoedseltop in Rome. De ontwikkelingslanden zouden hierdoor nog meer afhankelijk worden van import. De ngo's vragen oplossingen die de voedselzekerheid centraal stellen.(GL)

Meer informatie: VN-voedseltop