"Doelstelling biobrandstof moet bijgestuurd worden"

Op de recente VN-voedseltop in Rome raakten de deelnemers het niet eens over de hoogdringende kwestie. Met name de VS en Brazilië, de grootste producenten van biobrandstoffen, verzetten zich hevig tegen de conclusie dat meer biobrandstoffen ook meer honger in de wereld betekenen. De onderzoeksresultaten waarmee die landen staan te zwaaien, tonen dat de opgedreven productie van biobrandstof de voedselprijzen met slechts 3 procent doet toenemen.

De Britse krant The Guardian kon de hand leggen op een nog niet vrijgegeven regeringsrapport over het verband tussen biobrandstofproductie en honger. Daarin staat dat de wereldwijde plannen om nog meer biobrandstof in te zetten "een aanzienlijke rol hebben gespeeld in de dramatische wereldwijde stijging van de voedselprijzen". De opgedreven productie van biobrandstoffen slorpt miljoenen hectare landbouwgrond op, waarop anders voedingsgewassen zouden worden geteeld.

Daardoor stijgen de voedselprijzen en zijn auto's op groene brandstof nu een grote concurrent geworden van wie honger lijdt. In enkele maanden tijd zijn er door de prijsstijgingen honderd miljoen mensen bij gekomen die honger lijden. Het rapport is het werk van enkele experten, onder wie Ed Gallagher, hoofd van het Britse Agentschap voor Hernieuwbare Brandstof. Het team besluit dat er een plaats is voor biobrandstoffen, maar dan moet er wel een onderscheid worden gemaakt tussen biobrandstoffen van de eerste generatie, die gemaakt worden van voedselgewassen zoals maïs en soya en biobrandstoffen van de tweede generatie, die gemaakt worden van vezelrijke gewassen die evenwel niet voor voedselproductie worden gebruikt.

Die laatste kunnen worden geteeld zonder de voedselprijzen de hoogte in te duwen. Volgens de auteurs zullen de doelstellingen moeten worden bijgesteld. De EU wil dat tegen 2020 10 procent van de brandstof die op Europese wegen wordt gebruikt van planten komt.(KS)