Communautaire spanningen in Nationale Plantentuin

Franstalige medewerkers van de Nationale Plantentuin in Meise stellen dat de taalwetgeving in de plantentuin niet wordt gerespecteerd. Dat meldt de RTBF. Momenteel is 15 procent van de werknemers in de plantentuin Franstalig en 85 procent Nederlandstalig. Het gerenommeerde instituut in het Vlaamse Meise is een federale instelling. Er is geen taalkader in de plantentuin en er moeten dus niet evenveel Franstaligen als Nederlandstaligen aangeworven worden.

Toch zorgde de promotie van twee Nederlandstaligen tot werkplaatsoversten voor ophef bij de Franstaligen omdat er al zoveel Nederlandstalige chefs zijn, weet de RTBF. De directeur van de plantentuin stelde Franstalige kandidaat-werkplaatsoversten daarop voor bij Selor een examen Nederlands af te leggen. De Franstalige socialistisch vakbond CGSP is hierover niet te spreken. De Franstaligen beschouwen dit voorstel als een poging tot vervlaamsing van de plantentuin.

De onderhandelingen over een overdracht van de Nationale Plantentuin aan Vlaanderen slepen al zeven jaar aan. Als de plantentuin geregionaliseerd wordt, zal de verdeling van de middelen volgens de vakbond verlopen in verhouding tot het aantal Nederlandstalige en Franstalige werknemers op dat ogenblik.

De directeur van de plantentuin ontkent dat hij de instelling wil vervlaamsen en benadrukt dat hij het recht heeft om een taalexamen te vragen, meldt RTBF nog.(KS)