Vlaanderen plaatst nuances bij debat over biomassa
nieuws"Uit de recente studie van het Steunpunt Duurzame Landbouw blijkt dat het alleszins geen optie is om in Vlaanderen op grote schaal energiegewassen te telen", aldus Wannes Keulemans, adviseur op het kabinet van Vera Dua. "Anderzijds kunnen specifieke projecten wel degelijk rendabel blijken". Daarmee zinspeelde Keulemans op een praktijkgetuigenis van bamboeteler Jan Oprins die zich heeft opgewerkt tot wereldwijde exporteur van de bamboeplant. Die wordt niet alleen vermarkt als sierplant, maar bamboe wordt ook gebruikt bij de productie van meubels, muziekinstrumenten, matten, parketvloeren, papier, etc.
Fons Beyers, hoofd van de studiedienst van Boerenbond, erkent dat de kansen voor biomassa in Vlaanderen relatief beperkt zijn. "Maar op Europese en op wereldschaal klinkt het verhaal helemaal anders", waarschuwt hij. "Door de uitbreiding van de EU stijgt het productiepotentieel waardoor biomassa zich zal kunnen opwerpen als een onderdeel van een duurzaam en multifunctioneel landbouwmodel. Het biedt milieuvoordelen, tewerkstelling, staatsinkomsten en een oplossing voor het Europees eiwitprobleem. Om de teelt van biomassa aan te moedigen, moet Europa echter een accijnsvrijstelling doorvoeren. Helaas blaast Europa vandaag koud en warm tegelijktertijd".
Bart Martens, medewerker bij Bond Beter Leefmilieu, vraagt zich af of de biomassa het juiste antwoord is op de dreigende klimaatsverandering. In vergelijking met andere hernieuwbare grondstoffen zoals zon, wind en water vreest hij negatieve neveneffecten bij de teelt van biomassa. Denk aan het gebruik van pesticiden, kunstmest en het creëren van nieuwe monoculturen. Dat de mestoverschotten het vraagstuk van de duurzame energie kunnen oplossen, gelooft hij evenmin. "Als we soja kopen in Brazilië om Europese varkens te voeden wiens mest we verbranden, dan is de mineralenbalans niet in evenwicht. Eigenlijk moeten we onze mest terugvoeren naar de streken waar we minerale grondstoffen voor de diervoeding gekocht hebben", aldus Martens.
Als filosoof stelt professor De Dijn zich de vraag of de brainstorming over biomassa uiteindelijk wel bijdraagt tot een andere bewustwording omtrent het gebruik van de natuur. "De industriële motivering overweegt bij de voorstanders van de biomassa. De biomassa lijkt de groene poort te zijn waarlangs nieuwe technologieën worden binnengesluisd. Maar valoriseren we met dergelijke toepassingen wel de knowhow en de authentieke boerenstiel?"
Disputant Dirk Reheul van de Gentse universiteit pikt in op deze stelling: "We moeten vermijden dat de boer een eenzame lawaaimaker wordt in zijn eigen rurale leefgemeenschap. Mest gebruiken als hernieuwbare grondstof lost symptomen op, maar pakt het kwaad niet aan bij de bron". Tot slot had Reheul een boodschap voor energieverbruikend Vlaanderen: "Als consumenten moeten we ons ervan bewust worden dat de meest groene energie met grote voorsprong op alle andere toepassingen de niet gebruikte energie is..."
Maandag leest u in geVILT het relaas van de inleidende sprekers Jacques Van Outryve en Frank Nevens.