Veevoedersector en overheid verlengen fosforconvenant
nieuwsIn 1995 werd op federaal niveau de eerste laagfosforconvenant afgesloten. Met dit initiatief wilden de sector en de overheid inspelen op de doelstelling in MAPII. Die luidt dat de zogeheten aanpak bij de bron de fosfaatproductie met 25 procent moeten reduceren. Ondertussen is een reductie van 40 procent gerealiseerd.
Door de regionalisering van de landbouwmaterie is de convenant voortaan een Vlaamse bevoegdheid. Minister Sannen is alvast blij dat de veevoedersector - vertegenwoordigd door Bemefa en de Vereniging van Zelfmengers - zijn inspanningen nog minstens één jaar doortrekt. "Een milieubeleidsovereenkomst is het instrument bij uitstek om beleid te voeren. Zo leg je de sector niet alleen verplichtingen op, maar je werkt constructief samen aan bepaalde doelstellingen", aldus de minister.
De ondertekende convenant lijkt sterk op de federale versie. Toch zijn er enkele verschilpunten. "De normen zijn wel gelijk", stelt Yvan Dejaegher, directeur-generaal van Bemefa. Maar voortaan worden de analysekosten gedragen door de sector en de monsternames worden mee door de sector georganiseerd. Verder valoriseert de convenant voortaan de bestaande controlesystemen, zo luidt het.
Bemefa breekt ook een lans voor maatregelen die de veehouder nog meer aanmoedigen om de milieuvriendelijke maar iets duurdere regressievoeders te kopen. "Dat kan door hem in ruil bijvoorbeeld fiscale boni te geven op zijn nutriëntenproductie", suggereert Dejaegher. Voor fiscale maatregelen is de federale overheid bevoegd.