Pessimistisch rapport over milieu in 2010
MIRA-rapporten analyseerden totnogtoe altijd de milieukwaliteit in Vlaanderen. Het MIRA-S-rapport werpt voor het eerst een blik in de toekomst. Het geeft aan hoe het milieu in Vlaanderen zich gaat ontwikkelen, rekening houdend met verschillende omstandigheden.
Bedoeling van het rapport is het milieubeleid wetenschappelijk ondersteunen en inzicht geven in milieuvraagstukken. De lijvige studie (meer dan 600 bladzijden) werd vrijdag bij de voorstelling in het Vlaams Parlement overhandigd aan milieuminister Vera Dua. "Ik heb telkens moeite om mijn optimisme te bewaren met zulke depressieve resultaten. Maar ik hoop op basis van dit rapport de juiste beslissingen te kunnen nemen", stelde de Agalev-minister.
De 154 wetenschappers die meewerkten aan de studie onderzochten aan de hand van verschillende parameters - economische groei, technologische ontwikkelingen, ... - hoe Vlaanderen er binnen 10 jaar op milieugebied zal uitzien. Er werden verschillende scenario's uitgewerkt: bij aanhoudend beleid, bij een aangescherpt beleid en bij een duurzaam milieubeleid.
De onderzoekers namen vooral de invloed van de landbouw, de industrie, de gezinnen en het verkeer onder de loep. Vooral de resultaten inzake landbouw en verkeer zien er niet echt rooskleurig uit. Om de milieudruk van landbouw duurzaam te verminderen, zijn er ingrijpende wijzigingen in de sector nodig, gaf projectleidster Marleen Van Steertegem vrijdag aan. De intensieve veeteelt moet drastisch verminderen en er is een doorgedreven omschakeling naar biologische landbouw noodzakelijk. Momenteel is biologische landbouw goed voor nauwelijks één procent van de totale landbouwoppervlakte. Om "merkbare effecten te sorteren" zou dit 50 procent moeten zijn, luidt het. Het rapport stelt ook dat de Europese normen rond vermesting van bodem en water enkel kunnen worden gehaald indien de regering ingrijpende maatregelen neemt.
Wat verkeer en vervoer betreft leiden technologische verbeteringen tot een aanzienlijke daling van (lucht)vervuilende stoffen zoals vluchtige organische stoffen (VOS), stikstofoxides (NOx), zwevend stof en zwaveldioxides (SO2).
Voor de CO2-uitstoot ziet de toekomst er veel minder goed uit. De technologische verbeteringen worden hier volledig teniet gedaan door de toename van het verkeer. Een oplossing ligt enkel in het terugdringen van het aandeel van de auto in het personenvervoer van 93 naar 77 procent (carpoolen, meer gebruik van fiets en openbaar vervoer). Goederenvervoer moet meer via het spoor of over water verlopen. "Maar zelfs met deze maatregelen komen we nog niet eens tot een duurzame mobiliteit", staat in het rapport te lezen. De doelstellingen van de Kyoto-klimaatconferentie (in 2010 zeven procent minder uitstoot in vergelijking met 1990) kunnen dus onmogelijk gehaald worden, is de conclusie.
