Landbouw en leefmilieu belangrijkste begunstigden PDPO

De Vlaamse overheid heeft vorig jaar 118 miljoen euro uitgegeven binnen het programma voor plattelandsontwikkeling (PDPO II). Ongeveer twee derde van dat budget ging naar de verbetering van het concurrentievermogen van de landbouwsector. Zo’n 18 procent kwam, voornamelijk via de agromilieumaatregelen, ten goede aan de verbetering van het leefmilieu.

Tijdens de eerste vijf jaren van het tweede Vlaamse programma voor plattelandsontwikkeling, dat loopt van 2007 tot 2013, werd 545 miljoen euro of 72 procent van het voorziene budget gespendeerd. Daarmee zit PDPO II mooi op schema op twee jaar van het einde van de programmaperiode. Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) nam het grootste deel van die uitgaven voor zijn rekening, in de vorm van vestigingssteun en steun voor moderniserings- en diversificatie-investeringen.

Voor het eerste programmapunt, de verbetering van het concurrentievermogen van de Vlaamse landbouwsector, werden vorig jaar 167 vestigingsdossiers en 2.212 moderniseringsdossiers goedgekeurd. Van de totale toegekende steun aan modernisering van landbouwbedrijven en diversificatie van landbouwacitviteiten was 51 procent bestemd voor milieu-investeringen.

Binnen as 1 was ook een belangrijk deel van het budget (5,4%) bestemd voor opleidingen. Er werden vooral cursussen, korte vormingssessies en demoprojecten georganiseerd rond management/marketing, ICT, landschapsbehoud/milieubescherming en productkwaliteit. In totaal hebben 5.807 land- of tuinbouwers in 2011 één of meerdere cursussen of stages gevolgd. De demoprojecten konden vorig jaar rekenen op 7.270 geïnteresseerden.

Aan bedrijfsadvies werd 2,7 procent van de as 1-uitgaven besteed. Een groot deel daarvan ging naar milieuadviezen. In 2011 is ook een nieuwe oproep gelanceerd voor projecten van agrovoedingsbedrijven die kaderen in de thema’s milieu en energie. Op deze manier kregen 33 nieuw ingediende projecten een goedkeuring.

Binnen de tweede as, verbetering van het milieu en het platteland, ging 96 procent van de uitgaven (20,56 miljoen euro) naar agromilieumaatregelen. Bijna de helft (48%) van die steun ging naar de beheerovereenkomst water en 10 procent was bestemd voor de beheerovereenkomsten perceelsrandenbeheer. In 2011 liepen er 9.125 agromilieucontracten, samen goed voor een areaal van 50.266 ha. De daling van het areaal met 11.441 hectare ten opzichte van 2010 is grotendeels te wijten aan het aflopen van de laatste PDPO I-contracten, waaronder ook die van uitdovende maatregelen zoals groenbedekking.

Areaalsdalingen waren er voor de beheerovereenkomsten perceelsrandenbeheer, water, vlinderbloemigen, milieuvriendelijke sierteelt, kleine landschapselementen en mechanische onkruidbestrijding. De beheerovereenkomst soortenbescherming, hectaresteun biolandbouw, verwarringstechniek in de pitfruitteelt en erosiebestrijding kenden in 2011 een toename van het areaal ten opzichte van het jaar ervoor. De populairste maatregelen zijn de beheerovereenkomst water (46% van totale areaal) en de verwarringstechniek voor de fruitmot (17%).

Zo’n 74 procent (8,9 miljoen euro) van de uitgaven voor de leefkwaliteit op het platteland en de diversificatie van de plattelandseconomie (as 3) was bestemd voor de maatregel ‘investeringen met betrekking tot diversificatie van landbouwbedrijven’ via het VLIF. 389 nieuwe dossiers kregen een goedkeuring. Zowel uit het aantal dossiers als uit de subsidiabele investeringskosten blijkt dat investeringen in hernieuwbare energie veruit de belangrijkste vorm van diversificatie zijn.

In het kader van de gebiedsgerichte werking van as 3 werden 36 nieuwe projecten goedgekeurd. Daarmee komt het totale aantal goedgekeurde projecten voor de periode 2007-2011 op 228, evenwichtig verdeeld over de vijf verschillende maatregelen: bevordering van toeristische activiteiten, basisvoorzieningen voor de economie en plattelandsbevolking, dorpskernvernieuwing en -ontwikkeling, instandhouding en opwaardering van het landelijk erfgoed, en intermediaire dienstverlening (opleiding en vorming van ruraal ondernemerschap).

Met 101 nieuwe projecten ‘lokale ontwikkelingsstrategieën’ die in 2011 goedgekeurd zijn, komt het totale aantal voor de periode 2007-2011 op 433 as 4-projecten (Leader/financiering van lokale en regionale initiatieven) die goedgekeurd zijn door de plaatselijke groepen. Aan die projecten werd in 2011 6,1 miljoen euro overheidssteun uitbetaald. Na de oproep van april 2009, gingen in 2010 en 2011 zeven samenwerkingsprojecten tussen Leadergebieden van start. Die samenwerkingsprojecten ontvingen vorig jaar 32.187 euro steun.

Meer info: Jaarverslag 2011 Programma voor Plattelandsontwikkeling 2007-2013
Meer weten over Leader- en plattelandsprojecten? Bezoek de projectendatabank op de website van het Vlaams Ruraal Netwerk.