Europese consument wil liever geen kloonvlees op bord

Op de vraag wanneer het klonen van dieren gerechtvaardigd kan zijn, antwoordt 58 procent van de ondervraagde Europeanen dat dit onder geen enkel beding kan. Vier op de tien meent daarentegen dat de praktijk moet kunnen toegepast worden om dieren resistenter te maken tegen dierziekten of om zeldzame rassen in stand te houden.

38 procent van de respondenten meent dat geen enkel potentieel voordeel van de nieuwe technologie het opfokken van gekloonde dieren voor de voedselproductie kan verantwoorden. Van diegene die wel positief staan tegenover de kloontechniek, is meer dan de helft van oordeel dat deze praktijk de wereldwijde voedselproblemen kan helpen oplossen. Bijna negen op de tien is ervan overtuigd dat de voedingsindustrie in elk geval zou profiteren van een eventuele toelating om het vlees van gekloonde dieren te commercialiseren.

Meer dan veertig procent van de ondervraagden zegt dat het zeer onwaarschijnlijk is dat ze ooit voedsel zouden kopen dat afkomstig is van gekloonde dieren, of afstammelingen ervan. "Het onderzoek geeft ons een waardevol inzicht over de manier waarop de Europeanen denken over het klonen van dieren", zegt eurocommissaris voor Gezondheid Androulla Vassiliou. De Europese Commissie gaat de enquête verder analyseren, samen met de opinies die eerder over dit onderwerp gepubliceerd werden door de Efsa en de Europese Groep van Ethici. Pas daarna zal het dagelijks bestuur van de Unie beslissingen nemen in dit dossier.(KS)