Cubaanse boeren in de rij voor stuk landbouwgrond

De Cubaanse regering heeft de verwoestende doortocht van de orkanen Gustav en Ike aangegrepen om de eerder aangekondigde landbouwhervormingen versneld door te zetten. In het oosten van Havana stonden woensdag mensen aan te schuiven voor een overheidsgebouw om in aanmerking te komen voor een stuk landbouwgrond. Boeren kunnen in het communistische land tot veertig hectare grond toegewezen krijgen voor een periode van tien jaar. De overeenkomst kan verlengd worden indien de grond effectief bewerkt wordt.

Een nieuwe wet zorgt ervoor dat de boeren de opbrengst mogen houden of zelf mogen verkopen. Cuba telt naast staatsboerderijen ongeveer 250.000 kleinschalige landbouwbedrijfjes en 1.100 private coöperaties. Het gaat om eilandjes van individuele eigendomsrechten in een economie die nog altijd voor negentig procent gecontroleerd wordt door de staat. Vroeger werden alle producten van de privé-boerderijen door de staat opgekocht aan prijzen die vooraf bepaald werden.

Volgens Raúl Castro is het landbouwareaal de voorbije tien jaar met 33 procent gekrompen. Op dit ogenblik zou volgens officiële statistieken amper 45 procent van het bewerkbare land benut worden. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het eiland 85 procent van zijn voedsel uit het buitenland moet invoeren. Die situatie kan nog verergeren door de immense schade die werd aangericht door Gustav en Ike. Meer dan 55.000 hectare landbouwgewassen zou vernield zijn. Zowat de hele suikerrietoogst is verloren.

In de rij wachtenden om een stuk landbouwgrond te verwerven, stond woensdag ook Normelvis Miranda, een huisvrouw die tot hiertoe alleen maar groenten gekweekt heeft in haar tuintje. Ze wil haar steentje bijdragen om de voedselproductie in Cuba weer op peil te brengen. "Dit is de enige manier waarop we uit de miserie raken", luidde het. Ook Rogelio Andino is tevreden met de nieuwe wind die door het landbouwbeleid waait. "Dit is goed voor de boeren én voor de staat", aldus de boer, die vandaag bananen en aardappelen teelt, maar zich straks ook wil wagen aan bonen, maïs en tomaten.(KS)