Cijfers over bedrijfsopvolging blijven zorgwekkend
nieuws"Net als de meeste mensen van mijn leeftijd kijk ik stilaan uit naar mijn pensioen, maar ik wil mijn melkveebedrijf dan ook weer niet voor een appel en een ei verkopen", gaat Frans Michiels verder. "Er heeft al eens iemand interesse getoond in mijn boerderij, maar ik vond het bod niet interessant genoeg. Daarom ga ik nu nog altijd door met boeren, al is het zo dat de leeftijd toch begint te wegen".
De drie kinderen van Michiels' enige zus hebben geen interesse om het familiebedrijf over te nemen. "Ik kan de jeugd wel begrijpen", gaat Michiels verder. "De boerenstiel is zwaar. Je moet hard werken, dag in dag uit. Er is nooit tijd om op vakantie te gaan en eigenlijk kan je het je zelfs niet permitteren ziek te worden".
Niet alleen het dagelijkse harde fysieke labeur weegt zwaar door. "De jongste jaren is daar dan ook nog eens de administratieve rompslomp bij gekomen en dat is misschien nog wel het ergste", voegt Frans eraan toe. "Ik heb altijd graag geboerd, maar in deze tijd zou ik er ook niet meer aan beginnen".
Een gelijkaardig geluid bij Frans Stroobant (52) van De Barelhoeve in Bornem. "Zelf heb ik vier zonen, maar niet één heeft interesse om het bedrijf over te nemen. Zij hebben gezien hoe hard je op het land moet werken om je brood te verdienen", zegt Stroobant. "Voor de kinderboerderij met winkel, waar we hoeveproducten verkopen, vinden we mogelijk nog wel een opvolger. Maar het bedrijf met melkkoeien en aardappelen is verloren".
Volgens Stroobant wordt de jongste jaren het boeren te moeilijk gemaakt. "We moeten ons naast het werk op het veld ook nog eens door een enorme papierberg worstelen. Bovendien kunnen we niet concurreren met de prijzen van de grote supermarkten. De arbeid, de energie en de grond worden te duur. In Bornem waren er jaren geleden meer dan 70 boerderijen met runderen, nu zijn dat er geen 10 meer. Men kan misschien nog wat embryo's van boeren invriezen, want we zijn een uitstervend ras", besluit Stroobant.