"Actieplan biolandbouw verwaarloost korte keten"

De vzw Voedselteams, een vereniging die in 1996 werd opgericht om het vertrouwen tussen boeren en burgers te herstellen, vraagt aan Vlaams minister van Landbouw Kris Peeters om zijn actieplan voor de biologische landbouw bij te schaven. "Er wordt ingezet op schaalvergroting, uitbreiding van het aantal biologische landbouwers en het vergroten van de afzetmarkt. Maar dat is een te enge economische aanpak", stelt Hilde Delbecque van Voedselteams.

Ongeveer 40 procent van de bioproducten in ons land wordt momenteel ingevoerd. Met een strategisch plan, dat voor het eerst mee werd opgesteld door het ABS en Boerenbond, wil minister-president Peeters een aantal structurele maatregelen nemen om de Vlaamse biologische productie op te vijzelen. Volgens Delbecque wordt daarbij het sociale aspect van de biologische landbouw uit het oog verloren. De kleinschalige boeren hebben aan dit plan geen voordelen, de organisaties die voor hen opkomen staan in de kou, zo luidt het.

Bij Voedselteams wijst men erop dat heel wat van de 230 Vlaamse bioboeren hun afzet in de eerste plaats via de korte keten realiseren, met name via thuisverkoop, groentemanden of voedselteams, waarvan er intussen een honderdtal actief zijn over heel Vlaanderen. "Globaal schatten we dat dertig procent van de biologische landbouwers op die manier werkt", zegt Delbecque. "Bij deze groep kan je ook nog de duurzame boeren tellen die kleinschalige bedrijven runnen, waarvoor de kosten voor het behalen van een biolabel te hoog zijn. Mits een goede begeleiding zouden uitgerekend zij de eersten kunnen zijn die de stap naar bio zouden kunnen zetten".

Voedselteams is teleurgesteld omdat de organisatie bij de totstandkoming van het strategisch plan niet uitgenodigd werd voor de werkgroep die de ketenontwikkeling zou aanpakken. "Het resultaat is dat de korte keten op één paragraafje wordt afgehandeld en dat er geen enkele maatregel voorzien is", zegt Delbecque. Ze dringt er bij het kabinet-Peeters op aan om alsnog voldoende middelen vrij te maken voor de ondersteuning van de korte keten.

"Er zouden middelen moeten zijn voor het optimaliseren van de distributie binnen de korte keten. Dat is een complexe materie en er is te weinig kennis aanwezig om deze distributie te professionaliseren. Nochtans zijn we ervan overtuigd dat er veel kansen zijn om ook via deze alternatieve kanalen tot meer afzet te komen", besluit Delbecque.