Koen Wellemans (Landbouw en Visserij) en Willem Rombaut (Steunpunt Groene Zorg)
duidingZeven jaar na de oprichting van het Steunpunt Groene Zorg en vijf jaar na de subsidie voor zorgboerderijen zijn meer dan 500 zorgboeren actief in Vlaanderen. Jaarlijks genieten meer dan 1.000 personen uit kwetsbare groepen van een actieve en zinvolle dagbesteding op een zorgboerderij. “Een handje toesteken op de boerderij schept zin voor een zorgvrager”, verklaart Willem Rombaut van het steunpunt. “In tegenstelling tot wat het extra paar handen doet vermoeden, is het vooral de zorgboer zelf die tijd investeert”, zegt Koen Wellemans van het Departement Landbouw en Visserij. “De Vlaamse regering ondersteunt die inspanning, toch is het vooral een roeping voor landbouw(st)ers die graag met mensen omgaan.”
Welke meerwaarde biedt het verblijf op de boerderij voor wie nood aan zorg heeft?
Willem Rombaut: Een zorgvrager wordt geïntegreerd in een normale economische omgeving. Hij of zij steekt een handje toe op de boerderij en krijgt daardoor het gevoel te participeren aan de samenleving. Meestal is er maar één zorgvrager op de boerderij aanwezig zodat ook het direct contact met de boer of boerin een pluspunt is. Samen eten met het gezin kan daarbij horen, wat de familiale sfeer en de integratie nog versterkt.
Wat voor werk kan een zorgvrager uitvoeren?
Willem Rombaut: Dat kan variëren van meelopen, kijken en beleven tot samen kleine klusjes opknappen of alleen een welomlijnde taak uitvoeren. Er wordt rekening gehouden met hun nood aan houvast of hun vraag om variatie. De taak kan ook worden aangepast aan hun gemoedsgesteldheid. Die individuele benadering is net de sterkte van groene zorg.
Koen Wellemans: Typisch voor een boerderij zijn de erg verschillende taken die er verricht worden. Dat laat toe om voor elke zorgvrager iets passend te vinden.
Kan een landbouwer een inkomen realiseren met groene zorg of is het een roeping?
Koen Wellemans: Noem het vooral een roeping want zelfs al vang je elke werkdag iemand op - wat eerder uitzonderlijk is - dan gaat het nog maar om 800 euro per maand. De regelgeving zit overigens zo in mekaar dat alleen wie professioneel landbouwer in hoofd- of nevenberoep is, aanspraak kan maken op de vergoeding van 40 euro per dag. Dat heeft tot gevolg dat een beperkt aantal groene zorgactiviteiten geen subsidie kan bekomen: de opvang van hulpbehoevenden op kinderboerderijen, manèges, enz.
Willem Rombaut: Vergelijk het met de motivatie om aan vrijwilligerswerk te doen. De zorgboer moet alleszins iemand zijn die graag met mensen omgaat. Maar dat is niet vaak een probleem want veel boeren geven toe dat ze het sociaal contact niet meer zouden kunnen missen.
"Groene zorg is vooral een roeping."
Voorziet het Europees landbouwbeleid in steun voor groene zorg?
Koen Wellemans: Binnen de Europese plattelandsverordening is er geen kader voor de subsidie die Vlaanderen vandaag aan zorgboeren verstrekt. Maar we weten dat minister-president Kris Peeters in het kader van de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid na 2013 ijvert voor een tussenkomst via het Europees plattelandsbeleid.
Willem Rombaut: De steun voor de omkadering van groene zorg is een ander verhaal. Op dit ogenblik kan Steunpunt Groene Zorg op financiële steun van de provincies rekenen. Voor de centrale werking van het steunpunt proberen we financiering te bekomen binnen het Beleidsdomein Welzijn. We dragen immers ons steentje bij aan kwaliteitszorg. In het verleden hebben we onze middelen geput uit provinciale plattelandsprojecten in uitvoering van het Europees plattelandsbeleid, maar die steun is ongeveer ten einde. Logisch, want de filosofie van deze steun is het ondersteunen van projecten in opstart.
Lenen bepaalde types bedrijven zich meer tot de opvang van zorgbehoevenden? Of is het vooral de landbouwer zelf die over bepaalde vaardigheden moet beschikken?
Willem Rombaut: Een goede zorgverstrekking is vooral afhankelijk van de ingesteldheid van de landbouwer: het moet een man of vrouw zijn die graag met mensen omgaat. Daarvoor zijn sociale vaardigheden nodig. Zonder dat je daarvoor een professioneel zorgverlener moet zijn want de zorgboer blijft gewoon landbouwer op zijn bedrijf. Het type bedrijf speelt geen rol: zowel voor bedrijven met sterk gestructureerde taken als voor bedrijven met meer variatie in het werk zijn er zorgvragers die daar behoefte aan hebben.
Zijn er nog meer zorgboeren nodig om de vraag vanuit de zorgsector in te vullen?
Willem Rombaut: Wanneer het aanbod stijgt, zien we ook de vraag toenemen. Dat is zeker in de zorgsector het geval. Helaas concentreert de vraag zich rond de dorpskernen en steden, terwijl het aanbod op het platteland te vinden is. In verstedelijkt gebied, zoals in Antwerpen, hebben we daardoor problemen om zorgboeren te vinden. Door ook manèges te betrekken bij groene zorg kunnen we in deze gebieden toch een oplossing vinden.
Vraagt groene zorg investeringen van bijzondere aard?
Koen Wellemans: Een zorgboer biedt meestal geen overnachting aan. Groene zorg jaagt hem dus niet op kosten, tenzij hij er zelf voor kiest om kleine werken te doen om het verblijf aangenamer te maken voor de zorgvrager.
Willem Rombaut: De voornaamste investering is de tijd die de zorgboer in de zorgvrager steekt. De subsidie moet vooral die extra arbeid compenseren. We zien bijvoorbeeld dat de boer zijn best doet om tijd vrij te hebben wanneer de zorgvrager komt of dat hij zijn arbeidsorganisatie aanpast om taken te bundelen die geschikt zijn voor de zorgvrager.
"De voorneemste investering voor de zorgboer is de tijd die hij in de hulpbehoevende steekt."
Wie komt in aanmerking om op een landbouwbedrijf geplaatst te worden?
Willem Rombaut: De zorgvrager kan een volwassene zijn met een mentale of licht fysieke handicap. Of iemand die na het verlaten van het psychiatrisch centrum nog met problemen kampt. Het gaat altijd om iemand die begeleid wordt door een erkende welzijnsvoorziening. Via het CLB komen ook jongeren bij zorgboeren terecht. Dat zijn jongeren die schoolmoe zijn of opgevangen worden door de bijzondere jeugdzorg omdat ze in een moeilijke opvoedingssituatie verkeren.
Een proefproject in Gent maakt het mogelijk dat een criminele drugverslaafde niet in de cel, maar op een boerderij zijn plaats in de samenleving opnieuw kan verdienen. Verdient dit navolging?
Willem Rombaut: Ik ben niet vertrouwd met het project, maar dit illustreert dat je met intensieve begeleiding ook mensen uit moeilijke doelgroepen een perspectief kan bieden. Een boerderij kan voor delinquenten zinvol werk bieden. Het omgaan met dieren en planten kan rust bieden voor mensen die daar nood aan hebben.
Is groene zorg te verzoenen met de arbeidswetgeving wanneer een boer het aanwendt om goedkope werkkrachten te ronselen?
Willem Rombaut: De welzijnsvoorziening waar de zorgvrager verblijft, moet om te beginnen toestemming geven. Vervolgens maken wij de boer duidelijk dat hij vooral zelf tijd zal investeren en hij er bijgevolg niet mag op rekenen dat veel werk gratis voor hem wordt gedaan.
Koen Wellemans: De verwachtingen worden van in het begin bij alle drie de partijen juist gesteld. Als boer mag je echt niet rekenen op het extra paar handen van de zorgvrager. Zij die naast de boer aan een behoorlijk tempo kunnen werken, zijn in de minderheid.
Hoe wordt de kwaliteit van de zorg op de boerderij nagegaan?
Willem Rombaut: De controle op de zorgverstrekking is strikt genomen de verantwoordelijkheid van de aanmelder, de welzijnsvoorziening. Bij de start heeft Steunpunt Groene Zorg al gestreefd naar een goede match tussen zorgboer en zorgvrager. Daarvoor hebben we veel info nodig over de zorgvrager en diens interesses. Op basis van dat profiel zoeken we naar een boerderij die bij hem of haar past. Zo trachten we de kwaliteit van de zorg bij de start al te garanderen.
Is het ontvangen van zorg op een boerderij soms een opstap naar een volwaardige job in de land- en tuinbouwsector?
Willem Rombaut: Die intentie vernemen wij wel eens van de ouders of van de zorgvrager zelf. Wanneer de hoop leeft op een volwaardige tewerkstelling, dan moeten wij dat wat afremmen. Voor jongeren die schoolmoe zijn, kan het wel een oriëntatie zijn naar een andere studierichting. Of een opstap naar ‘arbeidszorg’ in hun zoektocht naar een zinvolle dagbesteding.
"Groene zorg is een voorbeeld van sociaal engagement van de land- en tuinbouwers."
In 2010 was Vlaanderen gastheer voor een internationale conferentie omtrent groene zorg. Is de opzet van een zorgboerderij in andere landen dezelfde?
Koen Wellemans: Met de conferentie in Mechelen hebben we het systeem van groene zorg in Vlaanderen voorgesteld, in de eerste plaats aan de EU-landen waar groene zorg nog niet bestaat. In Estland, Italië, Ierland, Nederland, Noorwegen Zweden en het Verenigd Koninkrijk bestaan er reeds gelijkaardige initiatieven. Zelf hebben we er dus ook wat van opgestoken want de bedoeling was om te leren van elkaar. De boodschap was dat je enkel door de krachten te bundelen een zorgsysteem van grond kunt krijgen. Tien jaar geleden was er in Vlaanderen enkel sprake van losse initiatieven. Dankzij de financiële en structurele ondersteuning door de subsidieregelgeving en de deskundige begeleiding van Steunpunt Groene Zorg vzw is groene zorg in Vlaanderen uitgegroeid tot een voorbeeld binnen Europa van sociaal engagement van de land- en tuinbouwsector.
Meer info: Steunpunt Groene Zorg & Farming for Health & Conference social farming