Johan Devreese - BioForum
duiding24 jaar lang heeft u zich als loontrekkende beziggehouden met probleemgevallen in een grote stad. Een materie waarin u bovendien opgeklommen was tot leidinggevende functies. Vanwaar de keuze om alsnog terug keren naar uw roots op het platteland?
Johan Devreese: Achter de schermen ben ik heel actief geweest in het drama dat zich in 2001 heeft afgespeeld op het Reigershof in Klemskerke. Iedereen herinnert zich nog wel de afslachting van de gezonde biogeiten van mijn broer Renaat, op bevel van toenmalig landbouwminister Jaak Gabriëls. De steunbetuigingen die we toen uit het hele land gekregen hebben, brachten me emotioneel weer dicht bij de landbouw. In de nasleep van die periode besliste ik om alsnog in de boerenstiel te stappen toen een eigenaar op zoek was naar iemand die op zijn hoeve biologisch wilde boeren met sociale meerwaarde. Ons verzet tegen de zogenaamde preventieve afslachting van de geiten werd destijds niet erg op prijs gesteld door klassieke landbouwmiddens, maar niettemin was ik doordrongen van de gedachte om de grote kloof tussen boer en burger te helpen dichten. Eigenlijk mogen sentimentele argumenten niet van doorslaggevende aard zijn om een bedrijf op te starten, maar het was sterker dan mezelf…
Heeft u zich de keuze voor de biologische teelt nog niet beklaagd?
Het eerste plan dat werd uitgetekend, was veel te kleinschalig van opzet. Bovendien kregen we na twee jaar af te rekenen met grote afzetproblemen. Onze bedrijfsbegeleider adviseerde om terug te schakelen naar een gangbare bedrijfsvoering, maar gelukkig heb ik samen met mijn vrouw koppig volgehouden. Vandaag maken we deel uit van de Nederlandse coöperatie Amalthea, die ongeveer zeventig geitenhouders telt en de groeiende vraag nauwelijks kan bijbenen. Intussen probeer ik mijn veestapel uit te breiden van 250 naar 500 melkgeiten, wat nodig is om een volwaardig inkomen uit het bedrijf te puren. Om die stap te kunnen zetten, ben ik nog op zoek naar tien hectare extra grond voor de teelt van ruwvoeder en voor mestafzet. Met alle respect voor gangbare landbouwers, maar ik heb nog geen moment spijt gehad van mijn keuze voor bio. De extra aandacht voor parameters zoals milieu en dierenwelzijn geeft me het gevoel met beide voeten in de samenleving te staan.
Vooraleer voorzitter te worden bij BioForum was u ook al actief bij de beroepsorganisatie Belbior?
Ik moet af en toe kunnen loskomen van mijn dieren en planten. De combinatie van het boerderijwerk met de opvolging van beleidsdossiers past me als gegoten. Zo ben ik heel blij dat ik vanuit de beroepsorganisatie voor biologische landbouwers mee een aanzet heb kunnen geven voor de belangrijke herstructurering in onze sector. Begin dit jaar werd beslist om de middelen van de producenten, verwerkers, handelaars, het Biogarantie-label en de koepelorganisatie BioForum te bundelen. Die bijsturing moet het mogelijk maken om de fondsen efficiënter in te zetten én de effectiviteit ervan te verhogen. Om de biologische productieketen verder te ontwikkelen, was het belangrijk om de krachten beter op elkaar af te stemmen. In het verleden werd BioForum aangestuurd door tien lidorganisaties, belangrijk is dat voortaan zelfstandige ondernemers acht van de dertien zitjes in het bestuur bezetten. Bij de medewerkers merk ik bovendien een grote gedrevenheid om zich dieper in te graven in het reilen en zeilen van de bioketen. De doorstart van BioForum loopt tot hiertoe gesmeerd.
Waaruit blijkt dat?
Neem de studiedag over de biologische zuivelmarkt van enkele weken geleden. We hebben toen met de belangrijkste spelers een hele dag kunnen debatteren over de manier waarop Vlaanderen kan inspelen op het huidige tekort van driehonderd miljoen liter biologische melk op de Europese markt. Er was veel schoon volk aanwezig, wat een aanduiding is voor de toegenomen slagkracht en uitstraling van BioForum. De overheid is ook heel tevreden dat de biosector komaf heeft gemaakt met zijn versnipperde structuur, waardoor er slechts één gesprekspartner overblijft.
Naar welk profiel zocht men bij BioForum in de zoektocht naar een voorzitter? Een idealist of een beredeneerde zakenman?
Die discussie was eigenlijk niet aan de orde. Men was vooral op zoek naar een zelfstandige ondernemer. Omdat Belbior een belangrijke motor was achter de herstructurering en omdat we de komende jaren vooral knelpunten op het niveau van de primaire productie moeten oplossen, was de keuze voor een boer als voorzitter voor alle betrokkenen een aanvaardbare optie. Daarnaast kan ik als voorzitter mijn lange ervaring in diverse leidinggevende functies inbrengen.
Onder biologische landbouwers zijn er in het verleden spanningen geweest tussen aanhangers van de korte keten en voorstanders van een grootschalige aanpak. Leeft die discussie nog altijd of is ze zinloos?
De pioniers van de biologische landbouw bewandelden de korte keten, en dat blijft ook in de toekomst een belangrijk afzetkanaal, ook voor de beeldvorming naar de consument. Anderzijds moet Vlaanderen veertig procent van de geconsumeerde bioproducten invoeren uit het buitenland. Als we een inhaalbeweging willen maken, zullen we ook bedrijven nodig hebben die andere handelskanalen bevoorraden. Onlangs vroeg iemand van Boerenbond of we wel staan te springen voor biologische melkveebedrijven met honderd koeien. Wel, we zijn er volop naar op zoek. Het is toch al te gek dat we producten met ecologische meerwaarde moeten invoeren uit verre landen. Dat is een contradictio in terminis.
Delhaize maakte onlangs bekend dat het zijn prijs voor biologische groenten en fruit met dertig procent kan doen zakken door tussenhandelaars uit te schakelen. Was u verrast?
Het is alleszins een gigantisch cijfer. Door de verpakking te centraliseren, kan je ongetwijfeld flink snijden in de productiekost. Maar ik wil nog wel eens zien of Delhaize voor alle groenten en fruit de prijs zo sterk kan doen dalen.
De supermarktketens maken nog altijd geen deel uit van de structuur van BioForum?
Ze betalen mee voor de promotie van het Biogarantie-label en helpen bij de opmaak van het lastenboek. De komende maanden willen we ervoor zorgen dat de verkooppunten net als de producenten, verwerkers en handelaars mandaten krijgen in de bestuursorganen van BioForum, al wordt het een moeilijke evenwichtsoefening om de kleinhandel en grootdistributie te verenigen.
De Vlaming consumeert steeds meer biologische voeding en vorig jaar steeg het biologische landbouwareaal met 17 procent, maar het totaal aantal gecertificeerde en omschakelende bedrijven daalde met twee eenheden tot 230 stuks. Hoe frustrerend is dat?
We zijn tevreden over de sterke groei van het areaal, maar moeten tegelijkertijd vaststellen dat die bijna uitsluitend voor rekening is van bestaande biobedrijven die bijkomende gronden omschakelen. Instroom van nieuw bloed is er niet of nauwelijks. Momenteel bewerken de biologische telers 0,6 procent van het landbouwareaal. Met 3,7 procent blijft ook de Waalse landbouw onder het Europees gemiddelde van 4,3 procent. Zijn onze magere cijfers te wijten aan het intensieve landbouwmodel in Vlaanderen? Dat kan deels een verklaring zijn, maar anderzijds stel ik vast dat in Nederland 2,3 procent van het areaal biologisch bewerkt wordt en in Denemarken is dat zelfs 5,5 procent. Dat zijn nochtans landen die op het vlak van agrarische bedrijfsvoering vergelijkbaar zijn met Vlaanderen. Onze zwakke score staat ook in schril contrast met de stijgende consumptie in Vlaanderen. Met een groei van tien procent leunt die relatief goed aan bij het Europese gemiddelde van vijftien procent. Het gevolg is dat straks nóg meer biologische landbouwproducten moeten ingevoerd worden uit het buitenland. Boeren vinden die willen omschakelen van gangbaar naar bio blijft de komende jaren dan ook veruit de belangrijkste uitdaging.
Het imago van de biologische landbouw bij klassieke boeren is desastreus. Die analyse werd jaren geleden al gemaakt, maar er is geen beterschap.
De voorbije jaren leek het wel alsof gangbare en biologische landbouwers concurrenten zijn van elkaar. Niet op bedrijfseconomisch, maar op ideologisch vlak. Daar moeten we vanaf. Klassieke boeren zijn collega’s, zeker geen mensen die zogezegd verkeerd bezig zijn. Recent heeft de ondervoorzitter van Boerenbond gesteld dat we teveel uit elkaar zijn gegroeid omdat er aan weerszijden een gebrek aan respect was. Die analyse klopt, en met dat verleden wil ik resoluut breken. Ik weet dat er interesse voor bio is bij boeren die hun leningen afbetaald hebben en actief bezig zijn met duurzaamheid. Hetzelfde geldt voor landbouwers die er bij de reconversie van hun bedrijf niet voor kiezen om de tredmolen van de schaalvergroting te blijven volgen.
Hoe gaat u hen over de streep trekken?
De biosector organiseerde de voorbije jaren tal van activiteiten en demonstraties aan de basis. Nu willen we ook de leidinggevende figuren uit de landbouwsector mee in het bad nemen. In februari hebben we met hen een bezoek gebracht aan BioFach in Nürnberg, wereldwijd de grootste vakbeurs voor biologische voeding met 2.200 exposanten en 45.000 professionele bezoekers. Op ons vliegtuig zaten vertegenwoordigers van de landbouworganisaties, de veilingen, de zuivelindustrie, enzovoort. Die mensen waren overweldigd door het grote handelsvolume en het marktpotentieel van bio. Hopelijk slagen ze er nu ook in om hun achterban te overtuigen van het gat in de biologische markt. Er is veel ruimte voor omschakelende boeren. We zijn blij met het aantal bladzijden dat Boer&Tuinder besteedt aan onze sector, maar die informatie klinkt pas geloofwaardig wanneer de top van Boerenbond ondubbelzinnig zijn volle gewicht in de schaal werpt om de uitdagingen in de biologische sector mee aan te pakken. In de aanloop naar het nieuwe actieplan van landbouwminister Kris Peeters hebben we goed kunnen samenwerken. Na maandenlang intens overleg tussen de landbouworganisaties, BioForum en de overheid ligt een nieuw strategisch plan op de tafel van de minister. Het is nu aan Boerenbond en ABS om zich mee te engageren voor de uitvoering hiervan. Het tijdperk van de geitenwollen sokken is al lang voorbij, biologische landbouw moet als ‘normaal’ ervaren worden.
Anderzijds blijven jullie toch een buitenbeentje in de agrarische sector. Terwijl Boerenbond verbeten vecht voor de komst van een varkensstal in het boerendorpje Meldert, ondertekent u een petitie van de plaatselijke natuurliefhebbers…
Dat is een pure privéaangelegenheid, die niets te maken heeft met mijn mandaat bij BioForum. Enkele vrienden hebben me die petitie voorgeschoteld en ik heb getekend zonder het dossier grondig te kennen. Het behoud van open landschappen ligt me na aan het hart, maar natuurlijk moeten landbouwbedrijven zich ook kunnen blijven ontwikkelen. Meer moet je achter de ondertekening van die petitie zeker niet zoeken. Anderzijds moeten we niet onder stoelen of banken steken dat er ondanks de constructieve dialoog soms nog grote meningsverschillen zijn met de landbouworganisaties. Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van ggo’s, die onverenigbaar zijn met duurzame landbouw in het algemeen en met bio in het bijzonder. Als het van ons afhangt, komt er een heel streng co-existentiedecreet.
Biomelk Vlaanderen is al jaren op zoek naar melkveehouders die willen omschakelen. Waarom verloopt die zoektocht zo moeilijk?
Biologische melkveehouders kunnen moeilijk inspelen op de stijgende vraag door de mestwetgeving en de melkquota, en dus is er veel ruimte voor nieuwkomers. Maar zoals in alle biologische sectoren het geval is, kijken veel potentiële starters nog altijd op tegen de omschakelingsperiode. Er moet extra steun komen om die tijdsspanne zonder noemenswaardig inkomensverlies te overbruggen. Zo zou de overheidscatering producten van omschakelende boeren aan een redelijke prijs kunnen opkopen. Maar ook de bedrijfswereld kan een belangrijk steentje bijdragen. De Amerikaanse supermarktketen Wal-Mart betaalt de volle pot voor de producten van omschakelende katoentelers en in Nederland doet Campina een duit in het zakje voor melkveehouders in transitie. Die bedrijven doen dat overigens niet uit ethische overwegingen, maar omdat ze rotsvast geloven in het marktpotentieel van bio. Allicht zullen we met bedrijven zoals Milcobel en Inex eens moeten gaan praten om te zien of een dergelijke formule ook bij ons kan aanslaan.
In welke mate zijn de gangbare boeren nog bang voor de biologische teelttechniek?
Toen ik mijn carrière in de non-profit sector heb laten schieten, besefte ik pas hoe moeilijk het is om als boer een leefbaar bedrijf te exploiteren dat aan de maatschappelijke verwachtingen beantwoordt. En voor biologische landbouwers ligt de lat dus nog hoger vanwege de extra arbeidsuren, hogere kennisvereisten, enzovoort. Simpel is het dus niet, hé. Anderzijds kan je uit een biologisch bedrijf meer arbeidsvreugde puren en het economisch rendement kan de toets met gangbare boerderijen doorstaan.
De fruittelers van Boerenbond zijn van oordeel dat de omschakeling naar bio vlotter kan gebeuren indien dit op een bedrijf in verschillende fases kan gebeuren. Een terechte vraag?
Het is perfect mogelijk om op eenzelfde bedrijf biologische appelen en gangbare peren te kweken. Volledige omschakeling is slechts verplicht binnen één variëteit of diersoort. Aangezien er weinig fruittelers zijn met alleen maar jonagold stellen zich op dat vlak weinig problemen. In het algemeen ben ik trouwens geen voorstander om de huidige normen voor bio te versoepelen. Op het vlak van duurzaamheid kunnen we onze koppositie enkel behouden indien we de lat hoog blijven leggen. Indien het onderscheid met de gangbare teelt vervaagt, verdwijnt ook onze voorbeeldfunctie. Dat zou zonde zijn voor de landbouwsector in zijn totaliteit.
Vanaf september moeten alle biologische herkauwers voeder krijgen dat honderd procent biologisch is. Een goede zaak?
Dat zal onvermijdelijk gevolgen hebben op de rantsoenen en de productiviteit. Mijn gangbare bierdraf van InBev zal ik straks misschien gedeeltelijk moeten vervangen door biologische eiwitten die ingevoerd worden uit China of Zuid-Amerika. Ook voor het milieu kan die ingreep dus averechtse gevolgen hebben. Maar we mogen ons niet in de val laten lokken door enkel naar de impact van productievereisten op korte termijn te kijken. In elk geval moeten we nu volop werk maken van het zelf telen van voldoende en goede eiwithoudende gewassen.
In de aanloop naar de Bioweek 2008 stelt Vlaams minister van Landbouw Kris Peeters het nieuwe actieplan voor. Hoe belangrijk is dat document?
Sinds het najaar zijn honderden mensen samengekomen om na te denken over onderzoek, afzet, innovatie, omschakeling, vorming, enzovoort. Ik ben ervan overtuigd dat we straks over een sterk actieplan beschikken met een pak hefbomen en concrete doelstellingen die tegen 2012 gerealiseerd moeten worden. We hebben echter vooral nog het morele en financiële engagement nodig van de minister. Ik verwacht dat Kris Peeters actief promotie voert voor de omschakeling naar biologische landbouw.