Europa verlangt strengere wetgeving voor dierentransport

Het Europees Parlement wil dat de Europese Commissie de wetgeving voor dierentransport aanpast om misstanden, die momenteel plaatsvinden, te voorkomen. Zo vragen ze cameratoezicht bij het vervoer en het laden en lossen. Ook moet er apparatuur aangebracht worden om de temperatuur, vochtigheid en het ammoniakniveau in de voertuigen te meten. De aanbevelingen volgen op een anderhalf jaar durend parlementair onderzoek. Vooral in het transport naar derde landen laat het transport regelmatig te wensen over en worden bestaande regels niet nageleefd, zo luidt het.

21 januari 2022  – Laatst bijgewerkt om 21 januari 2022 12:17
Lees meer over:

Dagelijks worden er in Europa miljoenen dieren op een vrachtwagen, trein of boot gezet om te worden geslacht, vetgemest of gefokt. Een verordening uit 2005 moet ervoor zorgen dat dit transport wordt georganiseerd op een manier die het welzijn van de dieren verzekert, maar de naleving ervan blijkt geen sinecure.

In de zomer van 2020 stelde het Europees Parlement een commissie samen die onderzoek moest doen naar het transport van dieren. Deze onderzoekscommissie stootte op heel wat problemen. Dieren bleken nauwelijks stahoogte en ruimte te hebben, krijgen te weinig voeder en water, worden vervoerd in ongeschikte voertuigen en soms urenlang opeengepakt onder extreme temperaturen. Vooral de lange wachttijden aan de Europese buitengrenzen en de export naar derde landen zouden vaak problematisch zijn.

Cameratoezicht en meten omstandigheden tijdens transport

In hun eindrapport, dat donderdag werd goedgekeurd, lijsten de parlementsleden een reeks aanbevelingen op. Zo vragen ze cameratoezicht bij het vervoer en het laden en lossen. Ze dringen ook aan op apparatuur om de temperatuur, vochtigheid en het ammoniakniveau in de voertuigen te meten. Het transport zou bovendien enkel bij temperaturen tussen 5 en 30 graden Celsius mogelijk moeten zijn.

Ventilatie, voedervoorzieningen en temperatuurchecks

Ook een algemeen verbod op het transport van dieren jonger dan 35 dagen of een algemene beperking van de reistijden voor alle diersoorten is bekeken. Over dat laatste lopen de meningen uiteen. “Willekeurige tijdslimieten zijn voor ons geen oplossing. Het invoeren van maximale reistijden kan pas wanneer er rekening wordt gehouden met de diersoort, leeftijd en geografische kenmerken van de lidstaten”, zegt Europarlementariër Hilde Vautmans (Open Vld). "Veel belangrijker dan reistijden zijn de omstandigheden waarbinnen het transport verloopt. Daar moet de prioriteit liggen. Denk bijvoorbeeld aan voldoende ventilatie en hoofdruimte, temperatuurchecks, water of voedervoorzieningen.”

De europarlementariërs uit de onderzoekscommissie waren eensgezinder over het idee dat er zoveel mogelijk moet worden overgeschakeld naar het transport van sperma en embryo's in plaats van fokdieren, of van karkassen in plaats van levende dieren naar slachthuizen te brengen. Aan de Commissie wordt gevraagd om tegen 2023 een actieplan te maken dat deze transitie moet vormgeven. In afwachting moet ze volgens de parlementsleden niet aarzelen om inbreukprocedures te starten tegen lidstaten die de huidige regels onvoldoende afdwingen.

Bron: Eigen berichtgeving / Belga

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek