duiding

André Bracke - Veva

duiding
"Varkensboeren staan nergens inzake blokvorming"
30 december 2008  – Laatst bijgewerkt om 4 april 2020 15:52
Lees meer over:
De varkenssector krijst onder de opgestapelde verliezen. Extra steunmaatregelen liggen niet voor het rapen. Als het van Sabine Laruelle afhangt, komt er een Raad voor Prijsanalyse. Kris Peeters heeft op zijn beurt werkgroepen opgericht die gaan praten over de prijsvorming. "Goed idee, maar sowieso zullen de varkensboeren hun aanbod in de toekomst moeten groeperen", zegt Veva-voorzitter André Bracke.

Hoe hoog zijn de voederprijzen het voorbije jaar opgelopen op je eigen varkensbedrijf in Destelbergen?
André Bracke: Voor mijn zeugenvoeder betaal ik in vergelijking met één jaar geleden tachtig euro per ton meer, dat is een stijging van veertig procent. De prijs van het biggenvoeder is zelfs nog sterker gestegen. Je moet weten dat ik zeugen heb van het Engels Landras. Dat zijn robuuste en snelgroeiende dieren die kwaliteitsvoeder nodig hebben. Vandaar mijn keuze voor zuivere granen: maïs, tarwe, soja en ook wat gerst. Deze winter heb ik heel even tien procent maniok in mijn recept gemengd om de kostprijs wat te drukken, maar na een week heb ik dat experiment stopgezet omdat de melkgift van de zeugen meteen bergaf ging. In de hele sector heeft men de voorbije maanden ongetwijfeld geëxperimenteerd met alternatieve en goedkopere voedergrondstoffen. Maar sinds de slachthuizen hun bezorgdheid hebben geuit over het vleesrendement, keert men op die stappen terug. De beste oplossing zou een opheffing van het diermeelverbod zijn. Die maatregel drijft nu al jarenlang de voederprijzen op, en maakt bovendien het varkensvlees slapper door een groter vochtverlies.

Hoe is jouw verkoopprijs geëvolueerd?
De jongste maanden is de prijs even onder de euro per kilogram gezakt, maar gelukkig is die intussen weer gestegen tot 1,125 euro. Dat prijsniveau was ruim een jaar geleden net voldoende om een aanvaardbaar inkomen te behalen. Maar door de stijging van de voederprijzen hebben de veehouders vandaag een prijs nodig van bijna 1,5 euro om uit de rode cijfers te klimmen. Vergeet trouwens niet dat naast het voeder ook de milieukost, de controles, de mestafzet en de verwarming duurder geworden zijn. De globale productiekost op mijn bedrijf is het voorbije jaar ongeveer met zestig procent toegenomen.

Zijn alle mogelijkheden uitgeput om die kosten te drukken?
Op oudere varkensbedrijven zoals het mijne kan hier en daar nog wat gesleuteld worden om mits kleine ingrepen wat kosten te besparen. De mensen die vandaag investeren, zijn echter vakspecialisten waar ik mijn hoed voor afneem. Door hun kennis en kunde kijken moderne varkensboeren los door hun kostenstructuur.

Welke impact heeft de crisis op je bedrijfsresultaten?
Het saldo is dus negatief. Wat me vooral zorgen baart, is het feit dat speculanten in de financiële wereld de landbouwgrondstoffen ontdekt hebben. Zij dragen ertoe bij dat de prijzen zich op een hoog niveau stabiliseren. Het gevolg is dat de boeren hun voeder steeds minder vlot kunnen betalen, waardoor meelfabrieken extra kredieten moeten aanvragen. Van zodra de graanprijs straks toch zou dalen, moeten de mengvoederbedrijven eerst nog hun extra kosten doorrekenen in de voederprijs. Door dat harmonica-effect zal het nog wel een tijd duren vooraleer we de voederprijs zien zakken.

Gelukkig zit de wereldwijde consumptie van het varkensvlees in de lift?
Dat is ongetwijfeld het geval in China en een aantal ontwikkelingslanden, waar we dikwijls nog met de naweeën van de dioxinecrisis sukkelen. Laten we dus in de eerste plaats kijken wat er gebeurt op de Belgische markt. Door de dalende koopkracht gaat de consument op een andere manier inkopen. In de slagerij van mijn zoon merk ik dat de mensen die vorig jaar nog twee kilogram varkensvlees bestelden nu nog één kilo vragen. De mensen geven hun lekker stukje vlees niet op, maar ze verkwisten veel minder. Vroeger was de vuilbak goed voor een kwart van onze omzet.

In welke zin onderscheidt de huidige crisis zich van eerdere crisissen in de varkenshouderij?
Vroeger waren de crisissen kort maar hevig. Nu sleept de malaise al bijna een jaar aan. Hopelijk hebben we het dieptepunt intussen bereikt, maar we gaan slechts zeer langzaam uit het dal kruipen. We moeten vandaag opboksen tegen het machtsblok van de supermarktketens, die op het vlak van prijsvorming opmerkelijk goed overeenkomen. Dikwijls zijn het beursgenoteerde bedrijven voor wie slechts één ding telt: winst maken. Die mensen zwaaien de plak vanuit een ivoren toren.

Hoelang kan je het met je eigen bedrijf nog blijven uitzingen?
Vorige week heb ik met mijn vrouw rond de tafel gezeten om de cijfers nog eens op een rijtje te zetten. We zijn tot de conclusie gekomen dat ik op dit ogenblik de centen aan het verspelen ben die ik tijdens mijn carrière heb kunnen bij elkaar sparen. Als je pensioen nadert, is dat een pijnlijke vaststelling. Na een vergadering heb ik enkele dagen geleden zes biggen dood aangetroffen onder een zeug. (stilte) Toen was ik echt zwaar aangeslagen, en had ik liever de deur definitief achter me dichtgetrokken. Maar ik ben nog geen 65, hé. Om mij fysiek gezond te houden, moet ik nog enkele jaren actief bezig blijven. Er is geen alternatief.

Onnodig te zeggen dat er in heel de sector klappen vallen?
Vorig donderdag heb ik een 62-jarige boer bezocht die het absoluut niet meer ziet zitten om bij ieder varken 25 euro uit eigen zak op te leggen. Je leest wel dat er nog jonge varkenshouders zijn die verbouwen of zelfs een nieuwbouw optrekken. Maar die doen dat alleen maar om tegen 2013 aan de normen inzake groepshuisvesting te kunnen voldoen. Wie de voorbije twee jaar geïnvesteerd heeft, krabt zich ongetwijfeld achter de oren. Hun afspraken met de bank zijn immers gemaakt op basis van rendabiliteitcijfers die momenteel pure science fiction zijn. Reken maar dat er heel wat verdoken faillissementen zijn. Telkens we bij Veva op de display van ons telefoontoestel een onbekend nummer zien verschijnen, weten we dat er opnieuw een wanhopige varkensboer aan de lijn hangt. Voor ons is het niet gemakkelijk om financiële kwesties op te lossen, maar gelukkig levert Boeren op een Kruispunt voortreffelijk werk. Daar krijgen ze tegenwoordig een heel pak varkenshouders over de vloer, zowel jongeren als ouderen.

De veelbesproken ‘uitbreiding mits bewezen mestafzet’ blijft door de huidige conjunctuur dode letter?
De bouwers van mestverwerkingsinstallaties hebben nog altijd een goed gevuld orderboek omdat het enthousiasme in de sector bij de totstandkoming van het nieuwe mestdecreet erg groot was. Alleen komen er maar bitter weinig nieuwe projecten bij.

Misschien moeten de Vlaamse varkenshouders wat meer zeugen afslachten om de markt te saneren?
Dat klinkt niet zo gek. Maar de jongste opkoopregeling in onze sector heeft het aanbod met twee procent doen dalen, terwijl de Spanjaarden in diezelfde periode hun varkensstapel met zestien procent uitbreidden. Een inkrimping van de veestapel heeft enkel tot gevolg dat afzetmarkten verloren gaan. Tenzij je zoiets zou organiseren op mondiale schaal…

Is de situatie bij ons erger dan in het buitenland?
Twee weken geleden heb ik met varkensboeren uit Duitsland, Nederland en Frankrijk vergaderd. Daar zit men opgescheept met vleesverwerkende coöperaties die aanvankelijk goed functioneerden, maar intussen uitgegroeid zijn tot mastodonten waar de boeren niets meer aan te zeggen hebben. Vion kijkt enkel naar de belangen van Vion, waardoor de Nederlandse varkensboer nog sterker onder druk staat dan zijn Belgische collega. Om de prijs in Nederland laag te houden, komt Vion bij ons zelfs duurdere varkens kopen. Frankrijk idem, en ook in Duitsland hebben de boeren steeds minder bewegingsruimte om met hun varkens handel te drijven. Die evolutie is ontmoedigend.

Moeten we dan blij zijn met onze versnipperde slachthuissector?
De komende jaren zullen er allicht een aantal verdwijnen door de steeds strengere milieu- en hygiënenormen. Maar Veva ijvert ervoor dat ook kleinere slachthuizen in de toekomst nog kunnen overleven. En de overblijvende bedrijven mogen zeker geen mastodonten worden, die op het vlak van prijsvorming alle macht naar zich toetrekken.

Onze slachthuizen moeten wel steeds meer levende varkens invoeren. Een teken aan de wand?
Ze hebben in het verleden afzetmarkten opgebouwd, en dan is het logisch dat ze die niet zomaar willen prijsgeven omdat de varkensstapel in Vlaanderen krimpt. Afnemers komen na een tijdje immers niet meer terug indien ze niet het gewenste vleesvolume kunnen aankopen. Dat onze slachthuizen hun marktpositie beschermen door levende varkens in te voeren, getuigt dus van een gezonde dynamiek en dat kunnen we alleen maar toejuichen.

Enkele weken geleden hebben jullie nochtans de prijsvorming door diezelfde slachthuizen aan de kaak gesteld, waarbij met name Westvlees de wind van voren kreeg.
De prijs van vers varkensvlees komt dan ook op een erg amateuristische wijze tot stand. De supermarktketens sturen één onderhandelaar naar het café waar de vertegenwoordigers van het slachthuis hem opwachten. Van zodra een prijs wordt voorgesteld, gaat de spreekbuis van de distributiesector twee cafés verder overleggen met zijn collega’s. Indien de prijs naar hun goeddunken te hoog is, wordt het slachthuis in kwestie voor een voldongen feit geplaatst. Dat is kartelvorming, maar je kan het niet bewijzen. En uiteraard ontkent de distributiesector staalhard dat ze dit mechanisme hanteert, maar we hebben het al wel met onze eigen ogen vastgesteld. Het fenomeen doet zich al een tweetal jaar voor, en we zijn dan ook blij dat de Europese Commissie eindelijk een onderzoek instelt naar machtsmisbruiken door grootwarenhuizen. Hopelijk levert dat iets op.

Kunnen de varkenshouders geen tegengewicht vormen?
Bij Veva hebben we een groep varkensboeren die hun verkoopprijs doorgeven zodat we gemiddelden kunnen becijferen. Daarnaast hebben we vorig jaar eens een vergadering belegd met sleutelfiguren in de varkenshandel om gezamenlijk naar andere mechanismen te zoeken. Die bijeenkomst was een afknapper van formaat, omdat zowat iedereen hulpeloos de schouders ophaalde. Intussen hebben we dus nog gepraat met buitenlandse collega’s, waar de situatie nog erger is. Als het over prijzen gaat, zie ik nog altijd geen enkele vorm van blokvorming onder de varkensboeren. Even hebben we met de idee gespeeld om bij te lage prijzen met een groep veehouders onze dieren in te houden. Maar dat dreigement kunnen we in de praktijk nooit hard maken omdat we met levend materiaal werken.

Jullie zijn misnoegd omdat Westvlees zijn varkensprijzen pas op vrijdagnamiddag bekendmaakt, terwijl de varkensboeren op dat ogenblik hun aantal dieren voor de verkoop reeds hebben opgegeven.
Opgegeven varkens zijn voor ons geen verkochte varkens. Twee jaar geleden vertelden ze me bij Westvlees dat ze met hun marktaandeel van tien procent de prijszetter zijn voor de hele sector, en dat de andere slachthuizen zich bij die redenering aansluiten. Daarop heb ik een bezoek gebracht aan die andere slachthuizen in West-Vlaanderen, waarna bleek dat Westvlees alleen maar gebluft had. We hebben destijds geen ruchtbaarheid gegeven aan dit incident, maar enkele weken geleden was de maat vol toen de Duitsers hun varkensprijs met vier cent verhoogden, Danis met twee cent, en Westvlees het vervolgens vertikte om iets extra te geven. Zo kan het niet verder. Door de prijzen pas op het eind van de week bekend te maken, hebben de slachthuizen een grote manoeuvreerruimte om hun vlees aan de man te brengen. Ongeacht de uitkomst van de besprekingen met de distributiesector kunnen ze zichzelf een mooie winstmarge bezorgen door de boer desgevallend een extra lage prijs uit te betalen. Ooit moest dit mechanisme een flexibele marktafzet in het belang van alle partijen bevorderen, maar het is al lang een scheefgegroeide situatie. Die kunnen de varkenshouders weer rechttrekken door geen varkens meer te verkopen zolang de prijs niet gekend is.

Krijgt u alle varkenshouders op één lijn over dit principe?
Ik pas het in elk geval toe voor mijn eigen bedrijf, maar helaas moet ik van mijn afnemer horen dat ik zowat de enige ben die zo moeilijk doet. Het wordt ongetwijfeld een proces van lange adem, maar ik ben wel blij dat de markt intussen toch al wat in beweging komt. Blijkbaar hebben een aantal slachthuizen onze boodschap begrepen.

De Nationale Bank heeft op basis van een studie vastgesteld dat de voedingsprijzen zich in België sinds 2006 duidelijk sneller hebben ontwikkeld dan in de eurozone. Wat onthoud je zelf van dit rapport?
Ik was tegelijkertijd blij én verontwaardigd over de studie. Het is goed dat de onevenwichten in de productieketen blootgelegd zijn. De boeren maken 14 procent verlies op het ingezette kapitaal, terwijl de afnemers achttien procent winst maken. Dat is een duidelijke boodschap voor de politiek.

Op Vlaams niveau heeft Kris Peeters overlegplatforms opgericht voor structureel overleg tussen alle partners in de keten. Zinvol of overbodig?
Alle spelers moeten hun productiekost blootleggen en vervolgens kunnen we kijken hoe in elke schakel een billijke winstmarge kan gerealiseerd worden. Ik verwacht er wel iets van, maar finaal zal alles afhangen van de goodwill bij de distributiesector en de verwerkende industrie. Daarom is het van cruciaal belang dat Veva er sowieso blijft voor ijveren dat zoveel mogelijk varkensboeren enkel hun dieren verkopen op basis van een concrete prijs. Het is me niet te doen om macht, maar we moeten de prijsvorming mee kunnen sturen.

Wanneer gaan de varkensprijzen weer echt klimmen?
De dioxinecrisis was een zware dobber, maar ook duidelijk afgebakend in de tijd. De contouren van deze crisis zijn zeer vaag en dat maakt hem zwaar om dragen. De prijzen stijgen op dit ogenblik lichtjes en we weten dat er veel zeugen afgeslacht zijn, waardoor het aanbod de komende maanden zal dalen en de biggenprijs kan klimmen. Maar tegelijkertijd is de dollar spotgoedkoop geworden, waardoor Europa overspoeld wordt met Amerikaanse varkens. Ze belanden zelfs op de Belgische markt. Gelukkig kunnen we in Duitsland ons marktaandeel behouden door onze kwaliteitsaanpak.

Wat is op termijn de grootste bedreiging voor de Vlaamse varkenshouderij?
De aandelenmarkten kunnen de agrarische sector aan banden leggen. Door speculatie drijft de financiële wereld de prijs van grondstoffen op, waardoor de boeren vervolgens bij hun bank moeten aankloppen voor uitstel van betaling. Op die manier worden de varkensboeren door dezelfde partner in de keten twee keer leeggezogen. En dat is een spel dat ver boven onze hoofden gespeeld wordt.
 

Gerelateerde artikels

Er zijn :newsItemCount nieuwe artikels sinds jouw laatste bezoek