"Te weinig markttoegang voor Derde Wereld"
nieuwsHorst Köhler, de directeur-generaal van het IMF, vroeg de regeringen van de rijke landen actiever te werken aan steun onder de bevolking voor ontwikkelingshulp. "Dat zal natuurlijk wel makkelijker zijn als aantoonbaar is dat de ontvangende landen het geld effectief gebruiken voor vermindering van de armoede".
Ook de voorzitter van de Wereldbank, James Wolfensohn, vroeg in zijn toespraak meer ontwikkelingshulp. "Er is iets mis als het gemiddelde inkomen van de twintig rijkste landen 37 keer zo hoog is als dat in de twintig armste landen. De kloof is de afgelopen veertig jaar meer dan verdubbeld. Ook is er iets mis als nog steeds 1,2 miljard mensen moeten leven van minder dan een dollar per dag en 2,8 miljard van minder dan twee dollar".
Köhler en Wolfensohn trokken verder van leer tegen de handelsbelemmeringen in de rijke landen. De IMF-topman toonde zich ingenomen met recente initiatieven van de Verenigde Staten en de Europese Unie om arme landen makkelijker toegang te geven tot hun markten, maar zei dat er nog veel meer moet gebeuren, vooral op het gebied van landbouwproducten.
Volgens Köhler zou een halvering van de belemmeringen voor de handel in de wereld, zoals invoerrechten, de onwikkelingslanden een financieel voordeel opleveren van 100 miljard dollar per jaar. Wolfensohn rekende voor dat de schade van de handelsbelemmeringen van de rijke landen voor de ontwikkelingslanden meer dan tweemaal zo groot is als de totale ontwikkelingshulp.