Q-koorts aanwezig op twee Belgische geitenhouderijen

Het Voedselagentschap heeft officieel weet van twee geitenhouderijen - een in Vlaanderen en een in Wallonië - waar de Q-koorts aanwezig is. Dat verklaarde Vlaams minister-president Kris Peeters donderdag na een overlegvergadering over de ziekte. Peeters benadrukte evenwel dat de situatie in Vlaanderen niet mag worden vergeleken met die in Nederland.

Op het kabinet-Peeters waren tal van betrokkenen uitgenodigd, zowel vanop het Vlaamse, het federale niveau en de Franse gemeenschap, als vanuit de landbouwsector en de gezondheidssector. Tijdens een briefing achteraf benadrukte Peeters dat de situatie in ons land niet te vergelijken valt met de Nederlandse toestand. België telt bijvoorbeeld een veertigtal bedrijven met meer dan 150 geiten, terwijl er in Nederland zowat 350 bedrijven zijn met gemiddeld 1.000 geiten.

Het aantal gevallen van Q-koorts in Vlaanderen lag tussen 1998 en 2007 op gemiddeld 1 tot 2, met een uitschieter van tien gevallen in 2005. Negen daarvan waren jongeren die deel uitmaakten van dezelfde groep die voordien samen op reis was geweest, lichtte Vlaams minister van Volksgezondheid Jo Vandeurzen toe. In 2008 en 2009 lag het aantal gevallen wel hoger. Er zou geen oorzakelijk verband bestaan tussen de aanwezigheid van geitenhouderijen en de Q-koorts.

Tijdens het overleg werd afgesproken dat er een versterkte monitoring komt vanuit het Voedselagentschap en vanuit Volksgezondheid. Peeters sprak ook af met zijn Nederlandse collega Gerda Verburg, die bevoegd is voor Landbouw, dat in de komende dagen en weken nog zal worden overlegd over de situatie in Vlaanderen en Nederland. Dan zal gepraat worden over eventuele maatregelen en zullen de nodige afspraken gemaakt worden rond het transport van besmette dieren naar Vlaanderen.

Landbouwminister Peeters wees erop dat een procedure om het vaccin tegen Q-koorts in België op de markt te brengen, lopende is. Er werd afgesproken te proberen die zo snel mogelijk af te ronden, zodat er binnen enkele maanden voldoende vaccins beschikbaar zijn om alle melkgeiten die daarvoor in aanmerking komen, in te enten.

Ook minister Vandeurzen benadrukte dat er in Vlaanderen geen reden tot paniek is, maar dat de nodige bezorgdheid en alertheid aan de dag worden gelegd. Hij wees erop dat zal worden getracht het grote publiek, de zorgverleners en patiënten zo goed mogelijk te informeren over de ziekte en dat de communicatie naar de zorgverleners en ziekenhuizen in de grenszones wordt geïntensifieerd. Ook de lokale besturen worden geïnformeerd.   

Een humaan vaccin is volgens Vandeurzen momenteel niet aan de orde. Het vaccin zou zelfs niet aanwezig zijn in Europa. Wel wordt de Hoge Gezondheidsraad informatie gevraagd over de doeltreffendheid van een vaccin dat in Australië aanwezig is. Vanuit het ABS werd erop gewezen dat wat de consumptie van geitenmelk betreft, het aangewezen is die een hittebehandeling te geven om eventuele risico's te vermijden.

Minister-president Peeters benadrukte nog dat hij niet aan 'overkill' wil doen. "Ik wil de zaken goed aanpakken, op een verstandige en efficiënte manier", aldus Peeters, die er nog aan toevoegde geen vraag of informatie te hebben gekregen om rond bepaalde producten specifieke maatregelen te treffen.