Groot azaleatapijt sluit project 'Gent Bloemenregio' af

Minister-president Kris Peeters onthulde samen met Boerenbondvoorzitter Piet Vanthemsche en Oost-Vlaams landbouwgedeputeerde Alexander Vercamer het grootste azaleatapijt ter wereld in Gent. Dit vormde de afsluiter van het tweejarig project ‘Gent Bloemenregio’ waarbij de band tussen Gent en de Vlaamse sierteelt in de bloemetjes werd gezet.

Omdat Oost-Vlaanderen de sierteeltprovincie bij uitstek is, werd twee jaar geleden gestart met het project ‘Gent Bloemenregio’. Hiermee wilde men de sierteeltsector als merk promoten en verbinden met de stad Gent. Gent en de naburige gemeenten zijn immers de bakermat van de sierteelt in ons land. Intussen is in Oost-Vlaanderen ruim 42 procent van het sierteeltareaal terug te vinden, goed voor een productiewaarde van zo’n 253,6 miljoen euro.

Bij het project stonden vijf thema’s centraal. In de eerste plaats was dit ondernemerschap. De afgelopen twee jaar werd onder meer een Sierteeltacademie opgericht waar bijvoorbeeld marketingcursussen werden gegeven. “Na twee jaar is het moeilijk om te spreken van een effect in de verkoop, maar we hebben de siertelers wel meer bewust gemaakt van het belang van marketing en ondernemerschap”, zei Géry Heungens, voorzitter van het Algemeen Verbond van Belgische Siertelers (AVBS) tijdens het slotsymposium.

Een tweede thema was onderzoek en ontwikkeling. In dat kader werd onder meer de Technopool Sierteelt opgericht. De onderzoeksinstellingen in de sierteeltsector stelden hun dienstverlening aan de siertelers voor en polsten bij hen naar korte en lange termijnnoden op vlak van onderzoek. “Ik ben ervan overtuigd dat dit vraaggedreven onderzoek tot resultaten zal leiden en de bedrijven zal helpen om competitief en rendabel te blijven op lange termijn”, zei Bruno Gobin, directeur van het Proefcentrum voor Sierteelt.

Ook identiteit en toerisme was een thema dat aan bod kwam tijdens het project ‘Gent Bloemenregio’. “De bedoeling was om ervoor te zorgen dat de link tussen Gent en bloemen bleef hangen in de hoofden van de burger”, legt Luc Van Acker, provinciaal voorzitter van Landelijke Gilden uit. “Er werden heel wat communicatie- en publieksacties georganiseerd, maar de termijn van twee jaar is misschien nog te snel om al te spreken van resultaat. Deze regional branding moet ook na dit project worden verdergezet.”

Een vierde thema was beleid. De stad Gent en heel wat buurgemeenten hebben ervoor gekozen om sierteelt als speerpunt in hun toeristisch beleid op te nemen. “Ook Wetteren heeft heel wat acties op poten gezet, zoals fietstochten rond sierteelt, bezoeken aan sierteeltbedrijven, enz.”, legt Lieve De Gelder, schepen van de gemeente, uit. Ze merkt wel op dat de regio nog te versnipperd is en dat het door meer samenwerking mogelijk zou zijn om van ‘Gent Bloemenregio’ een sterker merk te maken met meer uitstraling.

Als laatste thema werd gekozen voor tewerkstelling. “De sierteeltsector is een heel specifieke sector op vlak van tewerkstelling”, legt Ben Kusters, directeur van Agro|Services uit. “De afgelopen twee jaar is er geen enkele vacature vrijgekomen voor een vaste betrekking. Het gaat dus vooral om seizoensarbeid. In plaats van te rekenen op arbeiders van allochtone origine, moeten we in de toekomst ook meer aandacht hebben voor werkzoekenden in eigen land, al dan niet met een lichte arbeidshandicap. Het grote voordeel is dat voor hen geen huisvesting moet voorzien worden.”

Oost-Vlaams gedeputeerde Alexander Vercamer was voldoende kritisch voor het project. “We moeten toegeven dat we er niet in geslaagd zijn om ‘Gent Bloemenregio’ als merk te incorporeren bij de plaatselijke bevolking. Het einddoel is dus zeker niet bereikt, maar langs de andere kant was het misschien wel onrealistisch om dit na twee jaar al te verwachten.” Vercamer vindt dat er ook na afloop van het project verder werk moet gemaakt worden van deze regional branding. “En eigenlijk zouden we dit beter opentrekken naar heel Oost-Vlaanderen”, meent hij.

Piet Vanthemsche wees erop dat regional branding meer is dan een product in de etalage te zetten. “Er is ook nood aan kennis, traditie en een ‘supply chain’ in de regio. Die randvoorwaarden zijn hier allemaal aanwezig.” Daarom is hij er ook van overtuigd dat het project kan verder gezet worden. “Na evaluatie moeten we de goede dingen verder zetten. De plaatselijke mensen spelen hierbij een belangrijke rol. Bovendien moet ‘Gent Bloemenregio’ op termijn op zichzelf kunnen staan zodat subsidies niet meer noodzakelijk zijn.”

Na afloop van het slotsymposium werd op de binnenkoer van de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen van de UGent het grootste azaleatapijt onthuld. Het tapijt telt 10.000 azalea’s, goed voor een oppervlakte van 300 vierkante meter, en toont de drie torens van Gent. Het grote publiek kon dit tapijt op zaterdag bewonderen. Samen met een geleide sierteeltstadswandeling, een fietstocht langs fleurige plaatsen, een fototentoonstelling met foto’s van bekend fotograaf Michiel Hendryckx, een bloemencafé en een plantendokter vormde dit het sluitstuk van het project ‘Gent Bloemenregio’.

Meer foto's vind je op het Facebook-profiel van VILT.