Mestplannen van Voeders Dick stuiten weer op verzet

Voeders Dick uit het West-Vlaamse Staden heeft een milieuvergunning aangevraagd voor een mestverwerkingsinstallatie die zo'n 30.000 ton mest per jaar moet gaan verwerken. Later kan die capaciteit nog worden opgetrokken. De familie Dick diende een drietal jaar geleden al een aanvraag in voor mestverwerking op de site Dicogeld. Toen werd de vergunning afgeleverd, maar er werden zoveel beperkingen opgelegd dat het project nooit van de grond kwam.

Net zoals de vorige keer verzetten de omwonenden zich ook deze keer hevig tegen de komst van een mestfabriek. Ze vrezen voor geurhinder en verkeersoverlast. "De bewoners van drie straten dreigen ingesloten te geraken door hinderlijke bedrijven'', zegt Daniël Minne van het actiecomité. "Aan de ene kant ligt Westfro, dat soms vervelende geuren verspreidt. Aan de andere kant veroorzaakt Grodevan geregeld stof en geluidshinder. Als daar nog een mestverwerkingsbedrijf bijkomt, zitten we compleet ingesloten. Het gaat om vijftig tot zestig getroffen gezinnen".

De leden van het actiecomité beseffen dat ze zich in een landbouwzone bevinden. "De mestproblematiek moet inderdaad worden aangepakt", zegt Daniël Minne. "Maar zolang de veestapel niet wordt afgebouwd, wordt de oorzaak niet weggenomen en zal er altijd een mestoverschot blijven. Het is trouwens niet omdat wij in een landbouwzone wonen, dat wij constant in de stank willen zitten". Het comité wil de omwonenden massaal mobiliseren om bezwaarschriften in te dienen.

Drie jaar geleden adviseerde de gemeente positief. Dirk Demeulenaere (CD&V), de schepen van Landbouw, reageert niettemin behoedzaam. "Deze keer gaat het om een andere locatie en mogelijk ook om een ander soort verwerking. Op dit ogenblik loopt het openbaar onderzoek, nadien worden de bezwaarschriften behandeld. Vervolgens formuleert het college een advies, maar het is de deputatie die beslist. Het is afwachten hoe de buren reageren".