Crombez verduidelijkt wet op schijnzelfstandigheid
nieuwsDe familiale arbeidsrelaties vallen niet onder het toepassingsgebied van de verstrengde wet op schijnzelfstandigheid. “Met een verstrenging van de wet willen we de bedrijven aanpakken die hun werknemers als zelfstandige laten werken, maar onder het gezag van een opdrachtgever. Dat zorgt voor oneerlijke concurrentie voor bedrijven die wel correct werken”, aldus staatssecretaris voor Fraudebestrijding John Crombez.
Een schijnzelfstandige is iemand die officieel als zelfstandige werkt, maar toch onder het gezag van een opdrachtgever werkt, waardoor hij eigenlijk een werknemer is. De werkgever spaart op die manier een pak geld uit aan sociale zekerheidsbijdragen. Dit nepstatuut is zeer populair bij buitenlandse werkkrachten. Schijnzelfstandigheid is vooral nefast voor de bedrijven die hun werknemers correct in dienst nemen en die daarvoor wel sociale zekerheidbijdragen betalen. In bepaalde sectoren waren sommige kmo’s zelf vragende partij voor een oplossing omdat ze in de problemen dreigden te komen door concurrentievervalsing.
In het regeerakkoord van Di Rupo I werd de aanpak van schijnzelfstandigheid al naar voor geschoven. Sinds juli is er nu ook een wetsontwerp dat dit moet mogelijk maken. Het wetsontwerp viseert vier sectoren: bouw, bewakingsdiensten, goederen- en personenvervoer en schoonmaak. Maar ook detailhandel, fruitteelt, tuinbouw en vleesverwerking worden aangeduid als risicosectoren. Daarnaast werden negen specifieke criteria vastgelegd om te bepalen of iemand al dan niet schijnzelfstandige is. Als er vijf of meer van die negen criteria vervuld zijn, dan geldt er volgens de wet een weerlegbaar vermoeden dat een samenwerking als arbeidsrelatie beschouwd kan worden.
Volgens Crombez richt die strengere aanpak zich niet op familiebedrijven. “De familiale arbeidsrelaties vallen niet onder het toepassingsgebied van de wet voor zover ze zich beperken van bloedverwanten en aanverwanten tot de derde graad tot wettelijk samenwonenden. Heel wat kleine ondernemingen stellen familieleden tewerk, vaak volgens het statuut van zelfstandige werknemer. Dat is de normale gang van zaken en vormt in mijn ogen dan ook geen enkel probleem”, verduidelijkt de staatssecretaris.
Bron: Knack/eigen verslaggeving