Boerenbond kritisch over WTO-raamakkoord

Vooraleer de wereldhandel verder vrij te maken moeten Amerika en Canada eerst de inspanningen doen die de EU sinds 1982 levert op vlak van productiequota en prijsverlagingen en moeten monopolistische landen als Brazilië zich houden aan normen op vlak van verloning, milieu en dierenwelzijn", aldus Roger Saenen, woordvoerder van Boerenbond, in reactie op het akkoord in de Wereldhandelsorganisatie.

Dit weekend bereikten de 147 WHO-lidstaten een kaderakkoord over de voortzetting van de zogenaamde Doha-ronde over de liberalisering van de wereldhandel. De rijke landen verbinden zich ertoe op termijn uitvoersubsidies en andere steun aan de landbouwsector af te bouwen. In ruil krijgen hun industriële producten betere toegang tot de markt van andere landen. De details van het akkoord moeten nog verder uitgewerkt worden.

"Het gaat om een principieel akkoord. Alles hangt af van de concrete invulling. Wij vinden dat Europa in het verleden al genoeg stappen heeft gedaan en dat het nu eerst aan de anderen is om inspanningen te leveren vooraleer ons nieuwe dingen worden opgelegd. Zo gelden in de EU sinds 1982 quota om overproductie te beperken en dus ook de export. Enkele jaren terug werden met Agenda 2000 de prijzen voor granen, vlees en dergelijke verlaagd en recent nog met suiker zodat onze prijzen beter afgestemd zijn op de wereldmarkt en exportsubsidies niet nodig zijn", aldus Saenen.

"Daarnaast zijn er nog de groep Zuid-Amerikaanse landen zoals Brazilië en Argentinië die zich op vlak van vlees, granen en dergelijke een monopoliepositie hebben kunnen opbouwen door het niet te nauw te nemen met sociale verloning, milieu en dierenwelzijn. Vooraleer er sprake kan zijn van vrije concurrentie moeten deze landen zich eerst houden aan normen. Anders is het zeer onverstandig een liberalisering van de wereldhandel door te voeren omdat deze enkel de monopolist in de markt sterker maakt", aldus Saenen.

De Boerenbond heeft ook kritische bedenkingen over de liberaliseringsdoelstelling op zich. "Tussen het protectionisch beleid van vroeger en de totale liberalisering moet er gestreefd worden naar een evenwichtspositie. In de eerste plaats moeten landbouweconomieën toelaten om ongestoord te werken aan een optimale zelfvoorziening. Het heeft toch geen enkele zin Botswana toe te laten dat het tariefvrij voedsel naar Europa kan uitvoeren als de inwoners er het voedsel meer nodig hebben dan wij", aldus Saenen.

Meer informatie: de "July package"