Peeters relativeert gevaren van jacobskruiskruid
nieuwsJacobskruiskruid is volgens de minister een plant die van nature in Vlaanderen voorkomt. Een lokale toename is evenwel mogelijk waar geschikte milieucondities ontstaan, luidt het. De soort kiemt alleen op kale bodems en heeft een sterke voorkeur voor droge, lichtrijke en verstoorde bodems. In de meeste gevallen gaat de toename slechts om een tijdelijk fenomeen, omdat de plant ook een reeds natuurlijke vijanden heeft.
Zoals diverse andere kruiskruiden bevat de plant zogenaamde 'pyrrolozidine alkaloiden'. Dit is een groep van toxische stoffen die bij opname door dieren nauwelijks afgebroken worden en in de lever accumuleren. Daarnaast bevat de plant een aantal bitterstoffen, waardoor hij slecht smaakt en dieren weten dat de plant niet eetbaar is.
"De administratie heeft proefondervriendelijk kunnen vaststellen dat grazende dieren er niet van eten", aldus Peeters. "Slechts wanneer geen ander voeder voorhanden is of wanneer het kruiskruid in hooi wordt aangeboden, bestaat er een risico. Toch moet ook hier genuanceerd worden dat grote hoeveelheden van kruiskruid moeten geconsumeerd worden vooraleer een gezondheidsrisico optreedt. De wetenschappelijke literatuur spreekt van 50 tot 200 gram gedroogde plant per kg lichaamsgewicht.
Volgens Peeters is de efficiëntie van een actieve bestrijding van jacobskruiskruid niet altijd even effectief. "Bestrijding kan zelfs leiden tot een omgekeerd effect. Chemisch bestreden planten verliezen immers hun typisch afstotende eigenschappen wat juist de consumptie van de plant door dieren kan verhogen. Het uittrekken van de plant zorgt dan weer voor kale plekken waardoor de soort opnieuw kan kiemen".