Meer haviken en slechtvalken in Vlaanderen

De inventarisatie gebeurt door vrijwilligers en moet tegen 2003 zijn afgerond. De resultaten worden opgenomen in een nieuwe Vlaamse Broedvogelatlas. In de Antwerpse Zoo vond het voorbije weekend de twaalfde Vlaamse Ornithologische Studiedag plaats waar een tussenbalans van deze vogeltelling werd gemaakt. Er zijn nog maar 170 van de 645 te bestuderen telhokken (gebieden van vijf kilometer bij vijf) in de statistieken opgenomen. Van Limburg en Vlaams-Brabant is er bijvoorbeeld nog niets bekend.

Vooral de veldleeuwerik en de huiszwaluw worden zeldzamer. Tegenover de afname van deze soorten staat de sterke opkomst van onder meer de sperwer, de slechtvalk en de havik. Allemaal roofvogels. "Ze maken hun opwachting in nieuwe gebieden", aldus Glenn Vermeersch, bioloog en coördinator van het onderzoek. "Zo zitten er nu haviken in West-Vlaanderen en vind je de sperwer overal in Vlaanderen terug. In de jaren zeventig zat die enkel in Wallonië en Oost-Limburg. Zelfs in het Antwerpse stadspark zouden er al sperwers verblijven. Die dieren stellen dan ook geen hoge eisen aan hun omgeving".

De opgang van de roofvogels schrijft Vermeersch toe aan de wettelijke bescherming en het verbod op het gebruik van de onkruidverdelger DDT. "Nu is het schadelijke effect daarvan eindelijk voorbij, wat je ook kan afleiden uit de betere kwaliteit van de eieren".