EU schat meerkost voor zeugenhuisvesting op 2%

Vanaf 1 januari 2013 verplicht een Europese richtlijn varkensboeren om zeugen te houden in groep. Volgens de Europese Commissie zal de meerkost van die maatregel zowat twee procent bedragen van de totale productiekosten van een zeugenhouder. De Commissie doet naar eigen zeggen alles wat in haar macht ligt om ervoor te zorgen dat de lidstaten de deadline respecteren.

Lidstaten zijn de eerste verantwoordelijken voor de invoering en handhaving van Europese regels inzake dierenwelzijn. “De Commissie werkt al verscheidene jaren met alle lidstaten en stakeholders samen om de groepshuisvesting van zeugen te implementeren”, antwoordt EU-commissaris John Dalli op een vraag van het Ierse europarlementslid Diane Dodds. De maatregel gaat in op 1 januari 2013, maar is al sinds 2003 van kracht voor alle nieuwe zeugenstallen.

De Commissie houdt in de gaten hoever de varkenshouders in elke lidstaat staan met de omschakeling. “De gegevens die de lidstaten ons doorspelen, laten een gestage en regelmatige vooruitgang zien”, stelt Dalli gerust. Indien nodig zal de Commissie niet aarzelen om de inbreukprocedure op te starten tegen lidstaten die de maatregel volgend jaar niet handhaven op hun grondgebied.

Een evaluatie van het Europese beleid inzake dierenwelzijn wees volgens Dalli uit dat de meerkost van groepshuisvesting van zeugen moeilijk te ramen is. “Meerdere studies houden het op een kostenverhoging van ongeveer twee procent”, aldus Dalli.

In 2009 pakte EconWelfare, het Europese onderzoeksproject voor meer dierenwelzijn, uit met een veel lager kostenplaatje. Toen schatte men de meerkost tussen 0,5 procent (Spanje) en 0,8 procent (Verenigd Koninkrijk, Nederland en Duitsland). De Belgische zeugenhouderij zat daar tussenin met een meerprijs van 0,7 procent bovenop de totale productiekosten.