Catastrofe dreigt voor oogst West-Vlaamse gewassen

Tegelijk zien de meeste landbouwers het voorstel van minister van Landbouw en Middenstand, Jaak Gabriëls, om de gewassen manueel te oogsten met hulp van derden, niet zitten. Oorzaak zijn de slechte weersomstandigheden, waardoor gewassen als suikerbieten, maïs, aardappelen en groenten in het veld dreigen te blijven.

"Zo'n 85% van de problemen doen zich voor in het gebied tussen Veurne, Poperinge, Ieper, Kortrijk en Roeselare. Ook in de andere provincies zijn er kritische gevallen, maar die zijn eerder geïsoleerd en sporadisch te noemen", weet Luc Busschaert.

Navraag bij de suikerfabrieken van Moerbeke en Veurne geeft een beeld over de situatie bij de suikerbieten: "In het Poperingse en het Ieperse bevinden zich ongeveer 1.100 hectare ongerooide bieten in een risicozone. De meeste landbouwers zien geen heil in een manuele rooiing omdat de percelen te groot zijn en het probleem van het transport van de bieten op het veld blijft bestaan", aldus Busschaert. "In plaats daarvan stellen ze voor de suikerfabrieken na kerstmis opnieuw op te starten om de bieten alsnog te verwerken als ze gerooid zijn. Ze vragen hiervoor een inspanning van de overheid".

"Als de overheid niet tussenkomst, wordt de schade voor bieten en aardappelen geschat op ongeveer 80.000 frank per hectare", aldus nog Busschaert.

"In West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen zit er nog ongeveer 4.700 hectare maïs in het veld. Ook hier zien de boeren het nut van een manuele oogst niet in, mede omdat de maïs boven de grond steekt en ook bij vorst nog kan geoogst worden", zegt Busschaert.

"Verder zitten er nog ongeveer 1.800 hectare aardappelen in de grond. Opnieuw zijn weinig landbouwers geïnteresseerd in een manuele rooiing. Als het niet vriest kunnen de aardappelen nog in de grond bewaren, op voorwaarde dat ze niet te lang vochtig liggen".