Slechts (of alsnog?) één kind op tien wil boer worden

Ruim acht op de tien Belgische kinderen bezocht al een landbouwbedrijf, maar zelf boer worden dat ziet slechts 10 procent van de kinderen zitten. Chemiespecialist en toeleverancier van de landbouw Bayer polste bij 500 kinderen van 6 tot 14 jaar naar hun kennis van de landbouwsector. Met een interactieve tractormodule op Technopolis wil Bayer kinderen op een speelse manier iets bijbrengen over land- en tuinbouw.

Een toekomst op een land- of tuinbouwbedrijf zien de meeste kinderen volgens de enquête van Bayer niet zitten. Wie toch boer wil worden, zou graag dieren kweken (77%) of buiten in de natuur willen werken (46%). Groenten, fruit of gewassen telen, zijn minder populair. Kinderen die niet voor de land- of tuinbouw kiezen, associëren het werk niet noodzakelijk met zwaar, vuil of ouderwets. Ze tonen vaak weinig interesse omdat ze niet vertrouwd zijn met de sector.

"Wat de algemene kennis van land- en tuinbouw betreft, is er zeker ruimte voor verbetering", verklaart Bayer. Zo leggen slechts vier op de tien kinderen de link tussen landbouw en de supermarkt, groentewinkel of veiling en zouden "tomaten in één week groeien". De meest populaire bronnen van informatie liggen voor de hand: ouders, school en tv. Verrassend is wel dat negen op de tien kinderen het internet niet raadplegen om info te zoeken over land- en tuinbouw, terwijl ze dat doorgaans wel doen voor andere zaken.

Zowat alle kinderen zijn overtuigd van het belang van land- en tuinbouw. Al twijfelt 80 procent of het zal lukken om alle mensen in de wereld te (blijven) voeden. Over de innovatieve oplossingen in de moderne land- en tuinbouw is nog weinig geweten. Acht op de tien kinderen weet niet dat je speciale gewassen kan telen die weerbaarder zijn voor extreme weersomstandigheden en/of resistent zijn tegen bepaalde ziektes of onkruid. Maar zes op de tien kinderen zouden graag meer willen weten over de evoluties in de sector.

Om kinderen iets bij te brengen over land- en tuinbouw, sloegen Technopolis en Bayer de handen in elkaar. Zo staat er sinds kort een interactieve tractormodule in het Mechelse doe-centrum voor wetenschap en technologie. Kinderen kunnen er virtueel gewassen telen en landbouwproducten verwerken tot brood, suiker, biobrandstof of zelfs T-shirts.

Federaal landbouwminister Sabine Laruelle testte als eerste de module uit. "Ik ben blij dat Bayer en Technopolis samen bouwen aan een brug tussen onze kinderen en de land- en tuinbouw. Ik hoop van harte dat met dit initiatief niet alleen de kennis over de landbouwsector wordt opgekrikt maar dat het jongeren ook prikkelt om die kennis in de praktijk om te zetten en de sector als een potentiële toekomst te gaan beschouwen", aldus Laruelle.