"Iedere euro voor platteland twee keer omdraaien"

Het gemiddeld inkomen van de plattelandsbewoners in de EU bedraagt twee derde van het inkomen in stedelijke gebieden. Het platteland biedt bovendien minder arbeidsskansen voor vrouwen, de dienstensector en onderwijsvoorzieningen zijn er minder ontwikkeld en minder gezinnen hebben er toegang tot het internet. Daarom verdienen de competitiviteit en tewerkstelling in rurale gebieden prioritaire aandacht. Dat zei eurocommissaris Fischer Boel op een plattelandscongres in Spanje.

Tussen 1990 en 2000 zijn de stedelijke gebieden in Spanje met 25 procent gegroeid. De economische groei is prima, de werkloosheid is gedaald en de inflatie blijft onder controle. "Dit betekent niet dat alle politieke aandacht moet verschuiven naar de ontwikkeling van de steden", waarschuwt Fischer Boel. "We mogen niet vergeten dat het platteland goederen en diensten voortbrengt die de steden niet kunnen produceren".

De landbouwsector zorgt nog altijd voor een pak tewerkstelling op het platteland en dat is ook de reden waarom het Europees landbouwbeleid in het verleden sterk gefocust heeft op de agrarische sector. "De landbouw blijft ook in de toekomst een centrale plaats bekleden in rurale gebieden, maar toch is het zinvol om ook te investeren in andere sectoren van de plattelandseconomie", aldus Fischer Boel. Net zoals het geval is voor landbouwmaatregelen moeten lidstaten minstens 10 procent van hun plattelandsfondsen investeren in de diversificatie van de rurale economie. Voor milieumaatregelen gaat het om 25 procent.

De ambities moeten met een ingekrompen budget gerealiseerd worden. In het oorspronkelijke voorstel van de Commissie was nog sprake van 89 miljard euro voor de nieuwe programmaperiode 2007-2013, maar uiteindelijk is slechts 70 miljard euro beschikbaar uit de Europese meerjarenbegroting. "Lidstaten zullen iedere euro twee keer moeten omdraaien vooraleer hem uit te geven", besluit Fischer Boel.