Slachthuis Rekkem vermoedt complot achter sluiting

De problemen met het slachthuis van Rekkem zijn niet nieuw. In oktober 2001 werd de erkenning door de minister al eens geschorst voor een periode van 15 dagen. Inspecteurs van het Instituut voor Veterinaire Keuring (IVK) hadden toen een aantal inbreuken vastgesteld op de wetgeving.

Naast het overtreden van algemene richtlijnen waren er problemen met de traceerbaarheid van hoog risicomateriaal dat moet verwijderd worden omwille van het gevaar voor BSE-besmetting. De Kortrijkse kortgedingrechter maakte de schorsing ongedaan, maar in beroep trok het IVK aan het langste eind.

Na die schorsing kreeg het slachthuis de tijd om "correctieve maatregelen" te treffen, maar nog altijd zijn er tekortkomingen. Volgens uitbater Johan Dewulf werken de IVK-ambtenaren-inspecteurs van de keurkring Zuid-West-Vlaanderen met twee maten en gewichten bij de beoordeling van de verschillende slachthuizen. Op basis van hun verslagen ging de minister over tot intrekking van de erkenning, niettegenstaande gunstige verslagen van andere inspecteurs en controleurs.

De ongelijke beoordeling van de verschillende slachthuizen zorgt volgens de uitbater voor concurrentievervalsing. Welke mechanismen er precies achter de verslagen van die inspecteurs schuilgaan weet de uitbater niet. Hij vermoedt bevoordeling ten opzichte van het slachthuis in Moeskroen en een hetze tegen het slachthuis van Rekkem vanuit politieke hoek.

Zaterdag nog probeerde het slachthuis via de Raad van State de intrekking van de vergunning op te schorten, maar de Raad van State aanvaardde de hoogdringenheid niet. De uitbater hoopt dat Aelvoet gebruik maakt van de mogelijkheid om binnen de tien dagen op haar beslissing terug te komen. Hij zal ondertussen een nieuwe erkenningsaanvraag indienen.

De aanvraag zal de uitbater proberen te staven met een rapport van een onafhankelijke controle. Een dergelijke controle van het slachthuis zal het voorwerp zijn van een vraag aan de burgerlijke rechter in kortgeding in Kortrijk. Het slachthuis beweert dat bepaalde inbreuken die het ten laste wordt gelegd zoals het niet koelen van het slachtafval en een onvoldoende scheiding tussen het reine en het onreine deel ook in andere slachthuizen bestaan.

Het slachthuis van Rekkem stelt 26 personen tewerk, haalde in 2001 een omzet van ruim 2,5 miljoen euro en slachtte in 2001 in totaal 54.500 runderen, kalveren, paarden, pony's en schapen.