Op zoek naar rol koolhydraten en eiwitten in voeding

Begin dit jaar startte de universiteit van Maastricht met een groot onderzoeksproject dat gericht is op gezinnen waar obesitas voorkomt. Het project kreeg de naam Diogenes en wil onderzoeken of bepaalde veranderingen in de voeding dik worden kan voorkomen of in ieder geval beperken. Ondertussen hebben zich al 130 volwassenen en 200 kinderen gemeld om aan het onderzoek deel te nemen. Onder hen ook tien families uit Belgisch-Limburg.

Het totale onderzoek duurt voor elk gezin 12 maanden. "Om te kunnen deelnemen, moeten minstens twee thuiswonende familieleden - van wie minstens één ouder - te zwaar zijn. Dat wil zeggen een Body Mass Index (BMI) boven de 27", vertelt projectleidster Marleen Van Baak. De eerste twee maanden volgen de ouders een dieet om gewicht te verliezen. Daarna gaat het hele gezin, onder begeleiding van een diëtiste, een jaar lang een bepaald voedingspatroon volgen om te proberen niet aan te komen.

Tijdens het onderzoek worden onder meer verschillende voedingspatronen uitgeprobeerd op de proefpersonen. "Waar we nog weinig van weten is of de hoeveelheid eiwitten en de hoeveelheid en de soort koolhydraten in de voeding belangrijk zijn. Normaal bestaat onze voeding ongeveer voor 15 procent uit eiwitten. De vraag is wat er met ons gewicht gebeurt als we het eiwitgehalte verder verhogen, bijvoorbeeld naar 25 procent". Extra aandachtspunt daarbij is of dit ook geschikte voeding is voor kinderen.

Ook over koolhydraten is de laatste tijd behoorlijk wat te doen. Eén van de mogelijk belangrijke verschillen tussen soorten koolhydraten is de mate waarin ze de bloedsuikerspiegel verhogen, aangeduid met de glykemische index (Gl). Sommige onderzoekers denken dat je van voeding met een hoge Gl dik wordt. Hier gaat Diogenes uitsluitsel over proberen te geven", aldus Van Baak.

Uniek aan het onderzoek is dat gezinnen de eerste zes maanden extra geholpen worden bij het aanwenden van het nieuwe voedingspatroon doordat ze gratis een groot deel van hun voedingsmiddelen kunnen halen uit een speciaal voor het onderzoek ingerichte 'supermarkt' op de universiteit. De volgende zes maanden moeten de boodschappen in de eigen winkel gedaan worden met de kennis die het gezin inmiddels heeft opgedaan over het specifieke voedingspatroon.

Resultaten van de studie worden ten vroegste verwacht tegen begin 2008.

Meer informatie: Diogenes-project