Vlaanderen claimt 11,9 miljoen euro vogelgriepschade

Aanvankelijk zag het er naar uit dat de Vlaamse overheid de geleden vogelgriepschade enkel wilde compenseren met een promotiecampagne. Op de valreep werd alsnog een steunplan voor cofinanciering ingediend bij de Europese Commissie voor een bedrag van 11,9 miljoen euro. De kans dat dit hele bedrag zal worden uitgekeerd is klein aangezien het beheerscomité Pluimvee en Eieren deze week beslist heeft dat slachthuizen uitgesloten blijven van steun. De Europese federatie van pluimveeslachthuizen voelt zich tekortgedaan.

Op voorstel van de Commissie beslisten de Europese ministers van Landbouw eind april dat de EU bereid is om nationale steunmaatregelen aan de getroffen pluimveesector voor de helft mee te betalen. Daarop liet professor Jacques Viaene van het Verbond Pluimvee, Eieren en Konijnen (Vepek) verstaan dat de Vlaamse pluimveesector zo’n 60 miljoen euro schade had geleden door de vogelgriepangst bij de consumenten. Het ging zowel om directe als onrechtstreekse schade die broeierijen, pluimveehouders en slachthuizen geleden hebben.

Landbouwminister Leterme besliste om 300.000 euro te spenderen aan een promotiecampagne die het consumentenvertrouwen weer moet opkrikken. Na overleg met de sector is gebleken dat er via het pas gecreëerde Fonds voor Landbouw en Visserij middelen uit de sector kunnen geïnd worden om een steunplan voor Europese cofinanciering op te stellen. Er zit steun in vervat voor de hele productiekolom, maar zo’n 80 procent van het gevraagde bedrag heeft betrekking op de uitzonderlijke diepvriesstocks waarmee de slachthuizen geconfronteerd werden. Die hebben volgens Ann Truyen van de Vereniging van Industriële Pluimveeslachterijen een verliespost opgeleverd van zo’n 20 miljoen euro.

Omdat de Belgische pluimveesector zich overwegend in Vlaanderen situeert, bevat het ingediende nationale steunplan slechts een klein Waals luik voor een bedrag van 750.000 euro. Over de kans dat Vlaanderen 11,9 miljoen euro zal uitgekeerd krijgen, is kabinetsmedewerkster Sofie De Wispelaere zeer behoedzaam: “We beseffen dat de Commissie vooral maatregelen aan het begin van de productieketen wil steunen en dat daardoor de slachthuizen uit de boot dreigen te vallen. Niettemin hopen we dat na de evaluatie van alle nationale steunplannen nog geld zal overblijven voor wat toezeggingen. Dat zou op het volgende beheerscomité begin juli moeten duidelijk worden”.

Voorlopig is dus alleen steun voorzien voor maatregelen zoals de vernietiging van broeideieren, vervroegde afslachting en verlengde leegstand. De federatie van Europese pluimveeslachthuizen Avec zet intussen druk op de ketel. “De financiële positie van de slachthuizen is van groot belang voor de kippenboeren”, luidt het in een persbericht. “We maken ons grote zorgen dat de slachterijen door de financiële klappen straks niet eens meer in staat zullen zijn om een kostendekkende prijs uit te betalen aan de veehouders. Dat zou het hele herstelprogramma voor de pluimveesector tenietdoen”.

Naast ons land hebben nog veertien andere lidstaten een steunaanvraag ingediend. De belangrijkste dossiers waarvoor 50 procent cofinanciering wordt aangevraagd komen uit Frankrijk (103 miljoen euro), Italië (85 miljoen euro), Griekenland (83 miljoen euro) en Polen (55 miljoen euro).