"Nieuwe wetgeving maakt dierentransport duurder"

In uitvoering van de nieuwe Europese transportverordening werkt het Voedselagentschap aan een nieuwe Belgische wetgeving ter zake. Dit zal gepaard gaan met talloze bijkomende administratieve regels en formaliteiten. Zo moeten vervoerders van dieren beschikken over een officiële vergunning. Ze kunnen deze vergunning krijgen na het volgen van een gepaste opleiding met aandacht voor dierenverzorging en -welzijn. Dat staat te lezen in Boer&Tuinder.

Er zijn wel twee uitzonderingen op deze nieuwe regel. Voor dierenvervoer met landbouwvoertuigen in het kader van eigen bedrijfsactiviteit en voor het vervoer van eigen dieren met eigen voertuigen over een afstand van maximaal 50 km is geen officiële vergunning nodig. Daarentegen zullen voertuigen die erkende vervoerders gebruiken in de toekomst door de automobielinspectie ook gekeurd worden op dierenwelzijnseisen.

Alle transporten die - gerekend vanaf het laden van het eerste dier - langer dan 8 uur duren, zullen per definitie bestempeld worden als 'lang transport'. Tussentijdse rust of op- en afladen worden meegerekend in deze 8 uur. De plaats waar de dieren voor het eerst worden geladen, wordt beschouwd als de plaats van vertrek op voorwaarde dat ze daar al minstens 48 uur aanwezig waren, schrijft Boerenbond in zijn ledenblad.

Erkende verzamelcentra zoals markten, veilingen en prijskampen kunnen ook beschouwd worden als plaats van vertrek, op voorwaarde dat de eerste laadplaats op minder dan 100 km ligt of op voorwaarde dat de dieren minstens 6 uur aanwezig zijn geweest op het verzamelcentrum zelf. Vervoerders die lang transport doen, moeten beschikken over een vergunning en een diploma dat hun vakbewaamheid aantoont. Ze moeten continu een logboek bijhouden dat ook de veehouders op de plaatsen van aankomst en vertrek moeten invullen en ondertekenen.

Volgens Boerenbond zullen de nieuwe bepalingen het veetransport moeilijker maken. Nu al ziet het er naar uit dat dierentransporten dus ook duurder zullen worden en dat het weer de veehouder is die deze rekening betaalt, luidt het.