Zeebrugse visserswereld rouwt om drie dode vissers

Hendriek Vlietinck (19) uit Zeebrugge is terug thuis. De jonge matroos van de vergane vissersboot Z.122 Noordster werd door zijn moeder en zijn vriendin opgehaald in het ziekenhuis van het Britse Eastbourne. Intussen is de gruwel duidelijk geworden die de matroos urenlang meemaakte op de gekapseisde kotter. Hij heeft zijn collega's nog alle drie proberen te redden, maar zag hun lichamen alleen maar wegdrijven.

In de vijftien daarop volgende uren trachtte Hendriek de aandacht te trekken van andere (vracht)schepen. "Niemand merkte hem echter op, omdat het schip ook beetje per beetje zonk", aldus Ian Farrow, de man die de visser kort na zijn redding opving. Aan Farrow vertelde Hendriek dat er geen tijd was om alarm te slaan. Daarvoor kapseisde het schip veel te snel.

De lichamen van Geert Meyers (41) uit Oostende en Patrick Geryl (36) uit Nieuwpoort werden al geborgen en zijn intussen ook officieel geïdentificeerd. Wellicht worden ze dit weekend gerepatrieerd naar ons land. Volgens het Maritime Coastguard Agency (MCA) rest nu niet veel meer dan wachten tot het lichaam van Tom Vlietinck komt bovendrijven. "Dat kan morgen zijn of over zes maanden. Nieuwe zoektochten zijn uitgesloten: de onderstroom zo ver in zee is heel sterk. Hij kan al kilometerver zijn afgedreven. Misschien hangt hij zelfs wel vast aan iets op de bodem van de zee", meent Mark Clarck van het MCA.