Wereld bundelt krachten tegen vogelgriep

Meer dan honderd regeringen en internationale instellingen zijn vertegenwoordigd. Heel wat landen hebben hun minister van Volksgezondheid gestuurd, wat het belang aantoont dat ze aan de bijeenkomst hechten. Ook voor het gastland is dat een serieuze bocht. De Chinese regering heeft lang geprobeerd het vogelgriepprobleem te minimaliseren.

Dinsdag onderstreepte onderminister van Volksgezondheid Qiao Zonghuai "het belang en de urgentie zonder voorgaande van internationale samenwerking". Het H5NA-virus dook in 2003 in het Verre Oosten op en heeft daar sindsdien aan minstens 78 mensen het leven gekost. In de herfst van vorig jaar bereikte het via trekvogels Europa. Experts vrezen dat het via die weg ook Afrika en Amerika zal bereiken.

Een actieplan om dat gevaar in te dijken zou 1,2 tot 1,5 miljard dollar (1 tot 1,25 miljoen euro) kosten. Dat geld zal vooral gebruikt worden om besmettingshaarden bij gevogelte snel op te sporen en uit te schakelen. Dat is volgens Margaret Chan, de WHO-verantwoordelijke voor pandemieën, de enige manier om het virus te stoppen. "We moeten korte metten maken met situaties waarbij pas tegen besmettingen bij gevogelte wordt opgetreden nadat er menselijke slachtoffers zijn gevallen", zei ze dinsdag in Peking.

Een ander deel van het geld zal worden gebruikt voor informatiecampagnes en voor het aanleggen van stocks met antivirale middelen. De Zwitserse farmagroep Roche meldde dat ze nog eens 2 miljoen dosissen van de virusremmer Tamiflu aan de WHO schenkt. Die komen bij een stock van 3 miljoen dosissen, die de WHO vooral wil inzetten tegen epidemieën in armere landen. De Europese Commissie trekt haar bijdrage op van 80 tot 100 miljoen euro. De VS komen met ongeveer hetzelfde bedrag over de brug.