Volkstuintjes aan opmars bezig in Brussel

Dacht u dat de Ukkelse bourgeoisie helemaal vervreemd is van de land- en tuinbouw? Niets is minder waar. Er wordt druk gewerkt om tegen volgend voorjaar een terrein voor 75 nieuwe volkstuinen klaar te hebben. "Volkstuinen zitten weer helemaal in de lift", zegt Jean Cornelis, voorzitter van het Verbond van Brusselse volkstuinen. "Brussel volgt de stijgende trend in Vlaanderen, waar er alweer 40.000 volkstuinders zijn".

Volkstuintjes zijn stukjes grond, meestal van twee aren, waarop de burger zijn eigen groenten mag kweken. Hij betaalt daarvoor zowat veertig euro per jaar. Het volkstuintje is gelimiteerd tot twee aren omdat dat te klein is voor commerciële activiteiten. Het publiek van de volkstuintjes is een afspiegeling van de Brusselse bevolking: heel multicultureel. Mohamed Ali is één van hen. Hij komt soms driemaal per week naar zijn tuintje. "Niet alleen om in de tuin te werken, ook om de andere tuinders te zien. Ik voel me hier goed", zegt hij.

Ondervoorzitter van het Verbond van de Brusselse Volkstuinen, Jack Lagae, schrijft de stijging aan een aantal factoren toe. "Er is de groene reflex die steeds meer terrein wint. Mensen willen gezond eten. Ook de drang naar contact met de natuur speelt. Mensen vinden het weer aantrekkelijk om hun leven te laten bepalen door het ritme van de seizoenen". Volgens Cornelis hebben de tuintjes ook een onschatbare psychologische waarde. "Ik heb hier meer dan eens een verplicht bruggepensioneerde uit een diep dal zien kruipen. Wij zijn eigen groenten kweekt, kweekt ook eigenwaarde".