Franse varkenssector verloor pluimen maar staat er nog

De varkenshouderij is in crisis maar het zou verkeerd zijn om daarom het economisch belang van de sector te marginaliseren. Hoe belangrijk varkens zijn voor de Franse economie komen we te weten dankzij een oplijsting van cijfers door Pleinchamp.com. In 2014 werden daar 24,1 miljoen varkens gehouden, waarvan er 23,7 miljoen geslacht werden. Dat is goed voor 2,2 miljoen ton varkenskarkassen, een volume dat sedert 2010 in dalende lijn zit. Het aantal slachtingen is in vier jaar tijd met 1,2 miljoen varkens verminderd (-5,1%). Niettemin blijft Frankrijk de derde grootste varkensvleesproducent in de Europese Unie. Alleen Duitsland (5 miljoen ton) en Spanje (3,6 miljoen ton) gaan het land vooraf.

De varkenshouders zien in Frankrijk, net als bij ons, zwarte sneeuw door de lage prijs die zij voor hun product ontvangen. Met de Franse slachthuizen is het nauwelijks beter gesteld want zij zijn economisch kwetsbaar door de harde concurrentie binnen Europa. Tijdens de boerenprotesten werd al meermaals aangeklaagd dat de Duitse slachthuizen de andere marktspelers oneerlijke concurrentie aandoen.

Je zou je de vraag kunnen stellen wat er na een opeenvolging van crisisjaren nog van een sector overblijft. In Frankrijk heeft de varkensketen wat van zijn pluimen verloren maar het beeld dat Pleinchamp.com schetst, blijft er één van een economisch belangrijke sector. Frankrijk staat anno 2014 in voor ongeveer tien procent van de Europese varkensvleesproductie. Driekwart van de Franse productie situeert zich in Bretagne, de Loirestreek en Normandië. Volgens het landbouwministerie telde het land in 2013 zo’n 17.400 varkenshouders. Direct en indirect (slachthuizen, veevoederindustrie, enz.) genereren zij 100.000 jobs.

Bijna alle in Frankrijk gekweekte varkens worden daar ook geslacht, in één van de 23 gespecialiseerde slachthuizen. Een vijfde van de slachtcapaciteit bevindt zich in de twee grootste slachthuizen: Bigard en Cooperl. Ook op de vraag waar al dat Franse varkensvlees naar toe gaat, vind je in de statistieken het antwoord. In tien jaar tijd is het consumptiecijfer met 2,5 kilo gedaald tot 32,5 kilo varkensvlees per inwoner. Een derde van de Franse varkensproductie is bestemd voor het buitenland, waarvan 70 procent dichtbij (Italië, België, enz.) afgezet wordt. De overige 30 procent zet koers naar verdere bestemmingen zoals Rusland, China, Japan, Zuid-Korea en de Filipijnen. Door het Russische handelsembargo hebben de Fransen hun export van varkensvlees vorig jaar met zeven procent zien dalen.

Ondanks de grote exportvolumes is de handelsbalans van Frankrijk negatief voor varkensvlees. In 2014 bedroeg het tekort 320 miljoen euro. De Fransen exporteren nochtans meer dan ze importeren, maar in waarde uitgedrukt komt dat niet uit de verf. Import komt vooral uit Spanje en Duitsland. Met die twee landen hebben de Fransen overigens een eitje te pellen. De concurrentiestrijd zou vervalst worden door de tewerkstelling van Oost-Europeanen in Duitse slachthuizen en van Marokkanen in Spaanse slachthuizen. Vooral in Duitsland zou dat gebeuren aan het lage loon en de slechte arbeidsvoorwaarden uit het thuisland van de arbeidsmigranten.