Druk op visserijministers voor strengere quota stijgt

Eind december moet Europa de nieuwe quota voor de visvangst vastleggen. Naar aanleiding van een nieuw rapport over de teloorgang van het visbestand in het noordoosten van de Atlantische Oceaan trekken nu ook wetenschappers van de UGent, KU Leuven, UA en ULB aan de alarmbel. "Onze boodschap is simpel: de zee is leeggevist, de gevolgen laten zich voelen en doortastende beleidsmaatregelen zijn dringend nodig".

Eerder al waren er verontrustende vaststellingen. Zo is het aantal roofvissen, waaronder tonijn en volwassen kabeljauw, de laatste vijftig jaar afgenomen met maar liefst 90 procent. Logischerwijze stijgt daardoor het aantal prooivissen zoals haring en sprot. Dat onevenwicht zorgt voor een verstoring van het ecosysteem. Daarenboven lijden ook soorten zoals tong, wijting en schelvis onder de overbevissing en is er de kwestie van de opwarming van de Noordzee: de overbevissing zorgt ervoor dat ecosystemen zich moeilijker kunnen aanpassen aan die nieuwe omstandigheden.

De Belgische wetenschappers voegen daar nu nog een reeks onheilsboodschappen aan toe. "Nieuwe technologieën hebben tot verontrustende nieuwe inzichten geleid", aldus de briefschrijvers. "Zo zorgt amper een fractie van allle vissen voor nakomelingen en vangen vissers net die dieren die genetisch het sterkst zijn".

Er zijn ook nog enkele specifiek Belgische problemen. "Vooral de wijze waarop gevist wordt is niet duurzaam", aldus professor Filip Volckaert van het laboratorium voor aquatische ecologie van de KU Leuven. "Zware boomkorren woelen de bodem om op zoek naar vooral platvis en vernietigen daarbij de natuurlijke biotopen, inclusief de riffen". Behalve een aanpassing van de wijze waarop de vissers te werk gaan, willen Volckaert en zijn collega's onder meer dat er in de Noordzee afgeschermde gebieden komen zoals voedselgronden en 'kinderkamers'.

Een van de belangrijkste maatregelen is natuurlijk het verkleinen van quota. Al wijzen de wetenschappers er ook op dat er nog steeds een verschil is tussen wat effectief gevangen wordt en wat officieel aangegeven wordt. Ook dat onevenwicht moet weggewerkt worden. De International Council for the Exploration of the Sea (ICES), die afgelopen week een rapport publiceerde, stelt eveneens voor om de quota op de visvangst verder te verstrengen. Zeker kabeljauw zou nog amper gevangen mogen worden. Voor tong en schol, de belangrijkse soorten voor de Belgische vissers, wordt bijna een halvering gevraagd.

Eind vorig jaar adviseerden de wetenschappers een vangstbeperking tot 11.900 ton voor tong. Uiteindelijk mochten de Europese vissers dit jaar 17.670 ton bovenhalen. Voor volgend jaar ligt het advies op 10.800 ton. Voor schol was er een advies voor 48.000 ton. De ministers stonden uiteindelijk 57.000 ton toe. Nu geldt een advies van maximaal 32.000 ton in 2007. Het mag echter duidelijk zijn dat de adviezen van het ICES zelden gevolgd worden. De ministers van de diverse Europese landen staan dan ook onder zware druk van de visserijsector. Eind november raakt bekend welke quota Europa in gedachten heeft. Een maand later volgt de definitieve beslissing.