Brand Gentse tuinbouwschool onopzettelijk aangestoken

Een zware, uitslaande brand heeft dinsdagnamiddag de klassen van de afdeling tuinbouw van de Gentse middelbare school Bert Carlier helemaal in de as gelegd. Twee leslokalen, een opbergplaats en een kleedruimte werden helemaal vernietigd. De serres konden gered worden. Woensdag deelde het Gentse parket mee dat de brand is aangestoken door een 16-jarige leerling. De jongen zou de brand niet opzettelijk veroorzaakt hebben.

Een immense rookwolk ontsierde dinsdag rond 15.50u, enkele minuten na schooltijd, de lucht boven het Instituut Bert Carlier, langs de De Pintelaan. De brand ontstond in de ruimtes die gebruikt worden door de leerlingen tuinbouw van het buitengewoon secundair onderwijs. Omdat daar enkele gasflessen lagen, waren er verscheidene knallen te horen. Bovendien bevindt de school zich vlak bij een benzinestation. Daarom werd fase 1 van het rampenplan afgekondigd.

"We stonden voor een bijzonder moeilijke opdracht", zegt commandant Marc Baekelant van de Gentse brandweer. "Toen we aankwamen, stond het pand al voor twee derde in brand. Bovendien vreesden we dat zich in het gebouw asbest bevond. Ten slotte was er ook een watertekort. Dankzij de steun van de collega's kregen we dat probleem toch opgelost". Rond 17uur was de brand geblust en werd het rampenplan afgeblazen.

Ondertussen is er ook al duidelijkheid over de oorzaak van de brand. Een leerling van het buitengewoon secundair onderwijs was in de loop van de namiddag onwel geworden terwijl hij les volgde in een van de klassen van de land- en tuinbouwafdeling. Hij had het klaslokaal mogen verlaten en was naar en nabijgelegen paviljoen gegaan. Daar had hij wat zitten spelen met een aansteker en had wat rommel in brand gestoken. Toen hij daarbij zijn vingers brandde, had hij de rommel achteloos laten vallen en was hij weggegaan. Even later had hij gemerkt dat het gebouw in brand stond en was hij weggelopen. De jongeman zou geestelijk labiel zijn.

In de afdeling tuinbouw van het Instituut Bert Carlier zitten 25 leerlingen. De helft daarvan was gisteren op stage, de andere helft had net het gebouw verlaten. "Dankzij de koelbloedigheid van de leerkrachten konden we de grote gras- en freesmachines nog tijdig verwijderen en werd de gaskraan op tijd dichtgedraaid", zegt Frank Rogge, de directeur van de school. "Daardoor bleef de schade nog min of meer beperkt. Gelukkig bleven ook de serres die vlakbij liggen, gespaard. Woensdag vangen we de leerlingen op in onze andere lokalen".