Verblijf op hoeve ook in trek bij zakenmensen

De vele Vlaamse hoeves die gastenkamers en vergaderruimtes ter beschikking stellen, mogen ook op aandacht rekenen van zakenmensen. In hun speurtocht naar een hotel voor buitenlandse zakenrelaties of naar een originele stek voor een bedrijfsseminarie komen ze op het platteland terecht. Wie weet kunnen ze tussen de Powerpointpresentaties door wel mee een kalfje ter wereld brengen. Het is al gebeurd op de hoeve Van de Wildebeek in het Oost-Vlaamse Welle.

"Kijk hier slaapt onze Duitser altijd", zegt landbouwster en gastvrouw Karen Lievens. "De Duitster" werkt voor een bedrijf in het nabijgelegen Erembodgem en logeert hier elke week enkele dagen. "We hebben folders rondgedeeld in de industrieparken in de omgeving. Met succes. We krijgen wel meer bedrijfsmensen die hier verblijven of een seminarie organiseren", vertelt Lievens.

De onontbeerlijke internetfaciliteiten zijn aanwezig en overnachten of vergaderen op een hoeve is toch iets anders dan een meeting in het zoveelste onpersoonlijke hotel. Seminaristen krijgen in Van de Wildebeek 's ochtends een uitgebreid plattelandsontbijt en 's middags een biefstuk van eigen kweek. En tussen het vergaderen door is er een rondleiding op het bedrijf.

De keuze voor hoevetoerisme op dit vleesveefokbedrijf, gespecialiseerd in het Belgisch Witblauw, kwam onverwacht. "Vier jaar geleden stond het huis hiernaast te koop. We vreesden dat de nieuwe eigenaars misschien niet zo boervriendelijk zouden zijn. We namen het zekere voor het onzekere en kochten de woning met de bijhorende vervallen schuur.", geeft Karen Lievens uitleg. Na enig aarzelen besliste het landbouwersgezin de schuur af te breken en herop te bouwen als gastenverblijf.

Een terugblik leert dat beginnen met hoevetoerisme geen lachertje is. Vooral de administratieve beslommeringen bleken een nachtmerrie. Het verkrijgen van de juiste documenten sleepte ook langer aan dan gedacht. En de opstartkosten? De investeringen in brandveiligheid liepen op tot zo'n 7.500 euro. In de bouw van het gastenverblijf investeerde de familie ruim 150.000 euro. "Als jong landbouwgezin zou ik er niet aan beginnen, maar als je zoals wij al een tiental jaren een goed draaiend bedrijf hebt gerund, dan is hoevetoerisme zeker te overwegen", zegt Lievens. "Gelukkig konden we ook rekenen op VLIF-steun, die 40 procent van het geïnvesteerde kapitaal bedroeg".