Veiligere Nederlandse kippen verstoren handelsrelatie

Nederland heeft enkele maanden geleden de Europese Commissie op de hoogte gebracht van een eenzijdige maatregel die ervoor moet zorgen dat rauw pluimveevlees bij verkoop aan de consument in Nederland vrij moet zijn van salmonella en campylobacter. De Vlaamse pluimveesector vreest dat dit besluit de afzet van slachtrijpe kippen en vooral de afzet van kippenvlees met het oog op verdere bewerking zal hypothekeren.

De Nederlandse maatregel zou van kracht worden op 1 januari 2007. Volgens Ann Truyen van de Vereniging Industriële Pluimveeslachthuizen gaat het de facto om een verbreking van de Europese filosofie om te komen tot een uniforme aanpak van de pathogenen binnen de Europese gevogeltesector. Daarbij verwijst de woordvoerster naar de Zoönose-verordening, het Hygiënepakket en de zeer recent gestemde verordening aangaande microbiologische criteria.

"Eén van de basisprincipes van de General Food Law is dat de consumenten in de EU dezelfde hoge mate van bescherming op het vlak van voedselveiligheid moeten genieten", merkt Truyen op. "Daarom is het absoluut niet wenselijk dat Nederland alsnog bijkomende microbiologische normen zou invoeren". Om die stelling kracht bij te zetten interpelleerde EU-parlementslid Frieda Brepoels (N-VA) Europees commissaris Kyprianou over de Nederlandse plannen.

Kyprianou liet verstaan dat Nederland met zijn initiatief vier jaar vooruit zou lopen op de rest van de Europese Unie wat salmonella betreft. De criteria voor campylobacter zijn dan weer strijdig met de wetenschappelijke aanbevelingen, zo luidt het. De Commissie heeft Nederland verzocht meer informatie te verstrekken.