Van Hoey en Flandrex bergen fusieplannen op

De voorgenomen fusie tussen de Nederlandse pluimveevleesverwerker Veenhuizen en de pluimveeslachterijen Flandrex en Van Hoey gaat niet door. Dat hebben de betrokken slachterijen bevestigd. In september van dit jaar maak­ten zij bekend dat er een onderzoek zou komen naar mogelijke synergieën. De verschillende partijen kunnen geen consensus bereiken over de modaliteiten voor een verregaande samenwerking, schrijft het Agrarisch Dagblad.

De bedrijven willen niet zeggen waarop de gesprekken zijn vastgelopen. Het breekpunt voor de onder­handelingen is waarschijnlijk de positie van het slachthuis Van Hoey uit Temse, een werkmaatschappij van de Groep Spoormans. Deskundigen uit de pluimveesector stellen dat dit slachthuis minder goede resultaten boekt dan Flandrex België in Moeskroen en Flandrex Neder­land in Ommel. Tien jaar geleden was Van Hoey nog marktleider in België, maar die positie is nu overgenomen door Lintor/Verbinnen in Olen.

Waarschijnlijk hebben de ge­broeders Debrabander en Cehave Landbouwbelang, de eigenaars van Flandrex België en Nederland harde eisen gesteld om de positie van Van Hoey te verbete­ren. Een sluiting van deze slach­terij is daarbij vrijwel zeker ter sprake gekomen.

Alle slachterijen, die bij de voorgenomen fusie betrokken wa­ren, hebben een capaciteit van 450.000 tot 500.000 slachtingen per week. Zij zouden gezamenlijk bij­na 1,5 miljoen braadkippen per week kunnen slachten. Daarmee zou de combinatie nog niet zo groot zijn als Plukon Royale/Pin­go Poultry, dat 2,7 miljoen braadkippen per week kan slachten.(KS)